De nieuwe 3 biedt meer comfort dan zijn voorganger, maar is zijn sportieve aspiraties niet uit het oog verloren. De nagenoeg perfecte aslastverdeling, een multilink achterwielophanging en een torsiestijf koetswerk dragen allen bij tot het betere rijgedrag waarmee hij zich opnieuw als de referentie in zijn klasse positioneert. Ook met de rechtuitstabiliteit zit het helemaal goed. En net als de eerder geteste en 'efficiënte' 320d berline kan je ook hier tussen verschillende rijmodi surfen, zodat de auto zich met een simpele druk op de knop aan onze wensen aanpast.
Maar er zit een haar in de boter. De 3 moet mee met zijn tijd en krijgt vanaf nu elektronische stuurbekrachtiging meegeleverd. Een toepassing die bijdraagt aan een lager verbruik, de stuurkracht aan de rijsnelheid aanpast en aldus minder inspanningen van de bestuurder vereist, dixit BMW. En we noteren inderdaad een lage weerstand bij lage snelheden, en er is voldoende communicatie op een bochtig parcours, maar het stuurgevoel is er toch een beetje aan verloren gegaan. Het enige verwijt in deze rubriek, want de 320d rijdt als een echte BMW hoort te rijden en doet dat ook beter dan de ruwere 320d Efficient Dynamics (voorlopig enkel in sedanvorm) die het met ongeveer 20pk minder stelt. Onze testwagen is weliswaar een tikkeltje dorstiger -onze boordcomputer gaf tussen 6 en 7 liter per 100km aan- maar heeft er kennelijk meer plezier in. Over de achttrapsautomaat hebben we al helemaal geen klachten.
De direct ingespoten en tevens hoorbare 2.0l turbodieselmotor produceert hier 184pk bij 4.000t/min en 380Nm koppel tussen 1.750 en 2.750t/min. Hernemen vormt dan ook geen enkel probleem voor deze Beiaard. In 4e versnelling snelt hij in een vlotte 6,2 seconden van 80 naar 100km/u en dezelfde proef in 5e neemt 7,9 seconden in beslag.
We sluiten af met een streepje techniek. De krachtbron maakt gbruik van een tweetrapsturbo, bestaande uit compressoren van een verschillende grootte die achter elkaar zijn gemonteerd en afhankelijk van het toerental samen of afzonderlijk werk leveren. In geval van een parallelle opstelling zouden we van een biturbo spreken. Bij lage toeren sluipt de lucht in de inactieve grote compressor om dan in het kleine exemplaar te worden samengeperst, terwijl het gas bij gemiddelde toerentallen twee keer na elkaar wordt gecompresseerd. Hoger op de naald schiet enkel de grote compressor in actie om lucht te drukken.