Het is al meer dan veertig jaar geleden dat Land Rover met de Range het segment van de Luxe-SUVs uitvond. Het marktdeel groeit jaar na jaar en trekt inmiddels niet alleen nicheconstructeurs maar ook grote prestigemerken aan. De Britten houden daarin evenwel stand, en behouden ondanks productgeneratie van ruimschoots 12 jaar - tegen een industriegemiddelde van 7 - hun status als pionier. Dat kan alleen als de lat elke modelgeneratie zo veel hoger wordt gelegd dat de concurrentie er maagkramp van krijgt. En met deze nieuwe Range Rover lijkt het alweer prijs te zijn. Robuust, terreinwaardig, zuiniger, luxueuzer, comfortabeler... Hij moet het allemaal hebben.
Wat je de nieuwe generatie alvast niet kan verwijten, is een grote prijssprong. Heel wat mensen schieten natuurlijk wel in een hoest van een prijsvork die bij € 91.200 begint en tot € 129.900 loopt, maar de meerprijs is eigenlijk nauwelijks meer dan een indexaanpassing.
Keuze is er uit een TDV6, een drieliter, met 258pk en 7,5l verbruik. Erboven vind je een 4,4l achtpitter die 339pk opwekt en eveneens diesel doet verdwijnen, à rato van 8,7l/km. De absolute gammatopper wordt de 5-liter V8 compressor die het commando over 510pk aan de rechtervoet van de bestuurder overlaat. Met 13,8l//100km niet de zuinigste, maar wel donders snel en in de reeds geopende voorverkoop in België voorlopig koploper. De zespitter diesel die wij hier aan een pijniging onderwerpen zal op termijn die ereplaats voor zich opeisen. Hij is er voorlopig alleen in de uitrustingsversies Vogue en Autobiography, een minder flamboyante HSE (onderaan de prijsvork in bovenstaande paragraaf) kan je nu wel bestellen, maar zal Land Rover niet leveren voor volgende zomer.
