Van hoek tot hoek aan de langste zijde meet de ATS 4,64m terwijl hij in de breedte 1,80m laat optekenen. Daarmee kreeg hij alvast erg Europese maten, een duidelijke indicatie dat Cadillac er de BMW 3, Audi A5 en Mercedes C-Klasse mee in het vizier neemt. Het lijnenspel oogt dan weer erg modern. Bij het Amerikaanse merk was enig modernisme lang taboe, maar het jongste decennium heeft het bedrijf zichzelf met succes een moderner imago aangemeten. En de door de Amerikanen Art & Science gedoopte vormtaal hoort daarbij. Die mist de subtiliteit van de Europeanen, maar met z'n scherpe lijnen, hoge lichtblokken en leuke details (zoals de vorm van het derde remlicht of het glas dat in de deurklinken is geïntegreerd) is het tegelijk onderscheidend en helemaal van deze tijd. De pose is atletisch dankzij die ver naar de hoeken gedreven wielen. Je ziet het ook aan de afmetingen. Terwijl de ATS in totaal 20cm toegeeft op de grotere CTS, is de wielbasis van 2,77m slechts 10cm meer bescheiden. De koets is ook erg vriendelijk voor de lucht die het doorklieft. De Cx duikt onder 0,3.
Ook onderhuids is dat het geval. De ATS rust op een geheel nieuw onderstel met achter- of vierwielaandrijving dat niet alleen voelbaar rigide is, maar ook nog eens weinig weegt. Het gebruik van aluminium blijft beperkt, al zijn enkele ophangingscomponenten en de motorkap er wel in uitgevoerd, maar staal met een hoge treksterkte zorgt er mede voor dat het totaalgewicht onder 1,6 ton blijft. Met een rijke standaarduitrusting is dat goede prestatie.