De VW Golf is de belangrijkste nieuwe auto van het jaar. Dat is in elk geval zo voor het Europa waarin het C-segment niet alleen het grootste is, maar waar door de grondige impact van het model ook vaak met z'n naam naar verwezen wordt. De inmiddels zevende generatie van het succesproduct is gehuld in een conservatief gelijnde koets, doch herbergt een hoop nieuwigheden. Een nieuw modulair platform dat het concern in de toekomst voor liefst 40 modellen zal gebruiken, een lagere productieprijs en een lager gewicht. Zaken waar de consument misschien niet meteen van wakker ligt. Die wordt door VW echter getrakteerd op een Golf die zuiniger, lichter, beter uitgerust en een tikkeltje goedkoper is en dat was ooit anders. Dat tikkeltje is overigens € 680, maar we houden ook meteen een slag om de arm want alle versies met een vermogen van 122pk of minder zijn niet langer voorzien van een onafhankelijke ophanging maar stellen het met een inferieure vervormbare dwarstraverse tussen de achterwielen. Een radargestuurde snelheidsreglaar die vooruit kijkt en zelf de remmen bedient om botsingen om z'n minst minder erg te maken is nu standaard voor België. In andere landen kost dat algauw € 550.
De 150pk sterke diesel die wij bij deze eerste kennismaking op de pijnbank schroeven kost minimaal € 25.200. Voor die prijs is hij uitgerust met een handgeroerde zesbak. €1.420 en je hebt er een automaat met dubbele koppeling en zeven versnellingen bij. Er is nog een andere dieseloptie, een 105pk sterke 1.6 CRDi die er al is vanaf € 21.020. Die stelt het overigens niet alleen met de eerder genoemde achterophanging maar krijgt evenmin meer dan 5 versnellingen. Dezelfde zeventraps-DSG-automaat kost in die combinatie overigens meer. De benzineversies hebben wel allemaal een zesbak. De 1.2 TSI is er vanaf € 18.999. Een 1.4 TSI bestaat in twee versies - één van 122pk die € 20.200 kost en één met 140pk die minstens € 23.460 moet opbrengen maar wel meteen beter is uitgerust.