Het interieur is een doorslag van dat van de Focus en de Fiësta, waarop dit model tenslotte is gebaseerd. Voor je neus zit nog steeds een erg druk vormgegeven boordplank met vooral op en rond de middenconsole een wirwar van kleine, niet altijd even logisch gegroepeerde knopjes die de bediening er niet eenvoudiger op maken. En van Fords software moet je ook niet meteen een helpende hand verwachten. Via Bluetooth muziek van je iPod of telefoon naar de luidsprekers streamen was zelden zo ingewikkeld. Maar het is niet al kommer en kwel. Zo is de assemblage helemaal vrij van parasietgeluidjes en is de aankleding verzorgd. Niet alleen de optionele halflederen zetels ogen (en zitten) erg fraai - ook de deur- en dashboardaankleding is uitstekend. Wat deskundig gekozen glanzend plastic en faux-chrome moeten je de indruk geven met een meer premium product onderweg te zijn. En Ford heeft goed uitgesnuffeld waar de klant juist naar kijkt. Zo is het stuurtje erg verzorgd terwijl de hoedenplank een goedkope prul blijft.
In monovolumes (zelfs in kleine) draait het uiteraard allemaal om plaats. En er is er opmerkelijk veel van. Zelfs met drie volwassenen aan boord krijg je nog lang niet gevoel met een sub-C-segmenter onderweg te zijn. Je hoort ermee tegen je copiloot aan te wrijven en de knieën van de personen achter je in je onderrug te voelen, maar er is niets van aan. Op de achterbank is dan zelf nog bewegingsruimte, terwijl wij ons verbazen over het feit dat Ford zelfs ruimte heeft gevonden om de bestuurderszetel van een uitklapbare armsteun te voorzien. Aan bergvakjes evenmin een gebrek.