Binnenin wordt de sportieve sfeer verder uitgebuit. De zitpositie is laag, met prettig vormgegeven kuipjes die de rug degelijk ondersteunen. Bovendien krijgen we een uitgebreid zicht op het wegdek voorgeschoteld. Dankzij een ruime verstelbaarheid van zetel en stuurwiel, zowel in hoogte als in diepte, komt de correcte bestuurdershouding sneller dan gewoonlijk. Pas achterin laat de 2+2 zijn ware aard zien, met echte noodzitjes en een beperkte kofferruimte van 243 liter.
De materiaalkeuze laat hier en daar nog een paar steken vallen, maar ten opzichte van weleer is de positieve evolutie duidelijk merkbaar. Hier en daar wat goedkoop ogend plastic wegwerken zou moeten volstaan. Audi hoeft weliswaar nog niet te vrezen, of de prijs moest zich moeien.
Meerwaardebieders als navigatie (€ 899), te bedienen via een klein aanraakscherm, verhogen het comfortgehalte zonder de indruk te wekken dat de basisversie als een kale kikker door het leven gaat. Dat de digitale landkaart bij momenten verwarrend wordt, en het oude systeem beter werkte, valt minder te waarderen. Inbouwsystemen kosten nu eenmaal een aardige duit, ook al spreken we hier van een competitief bedrag.
Zetelverwarming en een USB-aansluiting vinken we aan, maar knopjes op het stuur dan weer niet. De aankoopprijs kan als argument dienen, al voldoet de gedachte dat de bedieningsorganen netjes binnen handbereik liggen. En wat die ouderwetse handrem betreft: drifters weten waarom.