Nissan maakt tegenwoordig furore met een indrukwekkende bende crossovers. Of liever, noem ze softroaders. Dat klinkt zoals in SUV. Welja, het maakt weinig uit onder welk (sub)segment we bedwingers van de stadjungle zoals de Qashqai, Juke en Murano proberen onder te brengen: verkopen doen die Nissans ook zonder duidelijke categorisatie. Met hun stoere uiterlijk, avontuurlijk geïnspireerde inborst en democratisch prijskaartje winnen ze allemaal behoorlijk gemakkelijk de harten van de consument ... Ho, wacht eens heel even. Murano zei je? Even kijken, is dat ook een Nissan dan? Ofschoon hij zowat even frequent te spotten valt als een GT-R, staat de Japanse Amerikaan weldegelijk in de online configurator te blinken. Met 1 motor, 1 uitrustingsniveau en 1 prijs: € 50.750 alsjeblieft.
Het is in één ademstoot wat vreemd en tegelijkertijd best begrijpelijk te noemen, dat Nissan's grootste softroader nog niet eerder door onze immer kritisch testende vingers werd beroerd. Eigenaardig is het, omdat de al in 2002 in de VS gelanceerde SUV reeds twee jaar later de oversteek naar het oude continent mocht maken. Maar ook verstaanbaar, omdat hij met een al even Amerikaanse 3,5 V6 benzine onder de kap fiscaal geboeid door het leven moest, en het bijgevolg niet erg verrassend is dat jaarlijks amper een tiental exemplaren werd afgeleverd in ons land. Om daarin verandering te brengen, hing Nissan eind 2010 met de 2.5 dCi een heuse dieselaar tussen de voorwielen van generatie twee, en datzelfde jaar al kwam de zelfontbrander langszij in de verkoopstabel van het model. In 2011 overschreed de Murano vlotjes de kaap van 150 eenheden, wat lang niet kwaad is voor een grote Japanse SUV. Om de wassende vlam nog wat verder aan te wakkeren, voerde het moederhuis zopas een milde facelift door, waarbij zowel ex- als interieur lichtjes werden "verpremiumd". Ook benieuwd of deze ingrepen de Murano finaal zullen lanceren?