Als vanzelfsprekend neemt de Focus ST de veiligheidsvoorzieningen van de gewone Focus over. Die is zonder meer compleet, met zes airbags en een uitgebreide ABS- en stabiliteitscontrolemodule. Waar de Focus ST het verschil in maakt, is in de afstelling van de elektronica. Die laat de remschijven nog wat meer zweten, door in de bochten agressiever onderstuur weg te schaven (het voorwiel aan de binnenkant af te remmen), de koppelreacties in het stuurwiel via de elektrische bekrachtiging te compenseren en de stabiliteitscontrole drie stappen te geven. Van aan, over speels tot uit. Alles om de Focus ST een weggedrag te geven dat voorspelbaarheid in de vlaggenmast draagt. Sportief en toegankelijk heet dat. En ook wat saai, maar laat ons dat houden voor de rijeigenschappen.
Een vijf-sterren-EuroNCAP-notering had de Focus al op zak en wie z'n prestatiepotentieel wil combineren met een gezinsleven hoeft bij de wederhelft alvast niet te schooien voor Isofix bevestigingspunten om de kinderzitjes in te klikken. De buitenste achterzetels zijn er standaard van voorzien. Ford heeft nog een hoop extra veiligheidssnufjes om op de Focus te monteren, van camera's die de borden lezen, over rijstrookhulp, een systeem dat in de stad zelf afremt, parkeerhulp, een supersnel ontdooiende voorruit en diens meer. Je moet er, al dan niet gegroepeerd in pakketten, voor bijbetalen. In dit segment is dat nog pure logica - en zelfs twee jaar na de lancering kan de Focus er nog steeds mee in het verweer tegen de meest moderne producten.