Het van huis uit al erg drukke binnenruim van Fords middenklasser is er niet rustiger op geworden. Opvallend wel dat terwijl in deze klasse zowat iedereen het instrumentarium voorziet van een meer op prestatie gericht kleurenschema, Ford doodleuk bij de standaardcombinatie van wit en blauw blijft. Aan de andere kant verschijnt er bovenop de middenconsole wel een extra cluster met drie wijzertjes. Niemand kijkt naar een oliedrukmeter, een turbodrukmeter is leuk, een olietemperatuurmeter zowaar handig, maar we zijn van mening dat de middenconsole er nu helemaal te druk uitziet. En nu we toch bezig zijn herhalen we best ook even dat Fords wirwar van knopjes en functies weliswaar zeer uitgebreid is maar verre van intuïtief werkt.
De voornaamste kritiek op de binnenuitrusting hebben we nu wel gehad. Want je rijhouding achter het specifieke sportstuur en voor een modelspecifieke pedalenset is uitstekend. Het siert Ford bovendien dat ze bij Recaro gingen shoppen voor zitmeubilair dat de intenties van het onderstel goed communiceert. Het bedrijf monteert wereldwijd dezelfde stoelen - ook in de VS, en misschien daarom dat ze voor ons net te breed waren. Als je het ons vraagt boet ook de beenruimte achteraan wat in met het nieuwe meubilair, maar je maakt hier hoe dan ook geen kleine auto van. Onder de koffervloer schuilt overigens een specifieke achterophanging, die gebaseerd is op die van de vorige generatie RS, maar er blijft nog steeds voldoende stouwplek over. Dat is minimaal 277, 316 of 363l (afhankelijk van de aanwezigheid van een volwaardig reservewiel, een ‘thuiskomertje' of een bandenherstelkit).
Hoewel de Focus zich overwegend hult in zwarte tinten en voor de gelegenheid zelfs een erg smaakvolle zwarte dakhemel meekreeg, moet je je bij de zetels wel voorbereiden op een hevige kleurinleg. Daardoor zien ze eruit alsof ze rechtstreeks afkomstig zijn uit een tuningcataloog en wie daar niet op zit te wachten heeft geen ander verweer dan de hoogste afwerkingstrap te kiezen. Daarin zijn ze uitsluitend in zwart leder.