De V40 met een voorganger vergelijken levert problemen op. De S40 was immers een sedan, terwijl hier voor het in Europa veel meer populaire vijfdeursconcept is gekozen, de V50 is een raszuivere break en de C30 is weer een maat kleiner en mankeert twee deuren. Dus nog voor we één letter aan het lijnenspel hebben verspilt, is duidelijk dat Volvo kiest voor een koerswijziging. De Zweden blaken van zelfvertrouwen en gaan nu voor het eerst rechtstreeks de strijd aan met andere premium C-segmenters. De Audi A3, BMW 1 en aanstormende nieuwe Mercedes A werpen zich dan op als gedoodverfde concurrenten.
In een tijd dat heel wat constructeurs moeite hebben met de evolutie van hun vormgeving (twee van drie bovenstaande concurrenten zijn nauwelijks verschillend van hun voorganger), weet Volvo duidelijk wél welke kant ze op moeten. Terwijl het model herkenbaar blijft, hult het zich in een ronduit wulpse klederdracht. De plooilijn die onder de ruit van de achterdeur opzwiept is een duidelijke verwijzing naar de iconische P1800 en we catalogeren ook de vorm van de achterruit bij de verwijzingen naar Volvo's geschiedenis. Het past allemaal in een spel van glooiende dynamische lijnen onder een daklijn die uitgesproken naar een coupé-vorm verwijst.
Nemen we de afmetingen erbij dan zien we in elk geval dat de V40 zich met een lengte van 4,37m comfortabel nestelt tussen zijn concurrenten, ook al is z'n wielbasis van 2,65m wat korter dan die van producten die op een fonkelnieuw platform worden gelanceerd.