Het is crisis en we hebben het geweten. Alles moet kleiner, zuiniger en liefst ook goedkoper: Voor de VW-groep een uitgekiend moment om een drieling op de markt te gooien: De Citigo voor Skoda, de Mii voor Seat en de Up voor Volkswagen. Aan inspiratie geen gebrek.
In principe hoort er een uitroepteken bij, want zo gaat dat tegenwoordig als het jong en fris moet klinken. En geef toe, voor de naam alleen al zou je bij VW gaan shoppen. Of je bankrekening dat even fijn vindt is nog een andere zaak, want de Up is duurder dan z'n twee ‘mindere' broers. Maar hij is wel de hipste van de familie en wordt niet voor niets de rijdende tablet genoemd.
Een iCar dus? Bijna. De Up teert op een minimalistisch, helder design en doet hier en daar zelfs hoofden draaien. Alleen jammer dat de neus te gewoontjes is gebleven. Of toch om de bekendste appel ter wereld te promoten. Wie toch in de buurt wil komen kiest best voor wit. De White Up bijvoorbeeld, één van twee lanceringsversies gebaseerd op het topmodel. Raad eens hoe de andere heet. De Black Up hebben we inmiddels al gereden en dat testverslag heb je nog van ons tegoed. Ditmaal houden we het op middenmoot Move Up ter waarde van € 11.500 (€ 10.450 zonder opties). Het basismodel heet gewoon Up zonder meer en plaatst zich op € 500 van de psychologische € 10.000-grens. Eronder welteverstaan.