Je zou het misschien niet zeggen als je om je heen kijkt, maar Chevrolet is het vierde grootste merk ter wereld wat de verkoop betreft, en is daarmee de beste van de General Motors-klas. Eerlijk is eerlijk: sinds de kleine ex-Daewoo's zelfs in Zuid-Korea als Chevy's door het leven gaan, wordt het merk voortaan overal ter wereld onder dezelfde naam verkocht. En is de naamhandicap van Opel (alias Buick, alias Vauxhall) weer een beetje groter geworden. Niet zo in Europa natuurlijk, daar draait Opel nog steeds een pak meer volume dan 'den Amerikaan'. Al is een status quo in de toekomst lang niet zeker. Want Chevrolet is sinds zijn Europese markt(her)introductie in 2005 sterk aan zijn opmars aan het timmeren, wat vandaag ook belichaamd wordt door een redelijk indrukwekkend gamma. Van lilliputter Spark over Astra-broertje Cruze en elektrische Volt tot iconische spierbundels als de Camaro en Corvette: GM laat er met zijn dochtermerk geen gras over groeien.
De Camaro testen we (deze keer) niet, wel zijn op een te hoge temperatuur gewassen broertje. De Aveo dus, Chevrolet's strijdros in het uiterst competitieve B-segment. Verkrijgbaar als vijfdeurs of sedan, en met een in drie varianten verkrijgbare zelfontbrander (allen met een longinhoud van 1,3 liter, waarvan de zuinigste amper 94gr CO2/km uitstoot) of één van de drie benzine's - respectievelijk 1.2, 1.4 en 1.6 liter groot - onder de gespierde motorkap. De instapper, een vijfdeurs in de LS trim met een 1.2 benzine (70pk) aan boord, gaat van de hand voor € 11.999. Wij gingen op stap met de 1.4 benzine (100pk) in de op één na hoogste uitvoering, LT+ gedoopt. Die kost € 14.299 en daar blijft het vooralsnog bij, tenminste als je geen metaalkleur hoeft (€ 400) en je verdeler niet te krenterig is om de wettelijke veiligheidskit en de matjes (samen € 165) erbij te geven. De basisuitrusting is over de hele lijn correct, met onder meer een snelheidsregelaar voor alle versies, en klimaatregeling voor iedereen behalve instapper LS.