Niet dat het binnenin kommer en kwel is, verre van zelfs. De Koreanen sprongen kwistig om met standaard ingebouwde voorzieningen en goten die in een fris en open interieur. Hyundai ging in de weer met hoogwaardiger materiaal voor de aankleding en dat werpt zijn vruchten af. Alles ziet er gelikt uit en voelt degelijk aan. De bedieningen zitten allemaal goed binnen bereik en er is duidelijk nagedacht over de inplanting van de knopjes her en der, met uitzondering misschien van die op het stuurwiel, die je soms onbewust indrukt. Alle zitplaatsen zijn goed instelbaar en zitten ruim in alle richtingen; ook met de hoofdruimte zit alles snor, al moeten grote mensen wel even eerst de versie met het open dak uitproberen vooraleer ze het ding op de optielijst (€ 1.250) aanstippen. Het open dak is groot en laat het interieur baden in een zee van licht, maar snoept wel wat van de beschikbare hoofdruimte af. Er zijn voldoende bergvakjes voorzien en ook de koffer is met een beschikbaar laadvolume van 525 liter heel correct.
Wie op zoek was naar het toverwoordje "premium" in de vorige paragraaf, kunnen we het volgende vertellen: de Koreaan mag binnenin zonder enige twijfel op hetzelfde, en waarom niet boven het niveau van de meeste Japanse en Europese evenknieën getaxeerd worden, maar mist nog een beetje finesse en puurheid om ze genadeloos te overklassen. En dat is overigens een compliment voor de dappere Koreaan, toch als je weet welke weg in zo'n korte tijd is afgelegd.