De tijd dat Toyotaposters de kamer van autogekke tienerjongens mochten tooien, ligt al even achter ons. Als die periode al ooit bestaan heeft tenminste. Want hoewel het merk af en toe wel een visueel scorend model kende in zijn rijke geschiedenis, vooral dan wanneer die laatste resultaten oogste in de racerij- of rallywereld, durven we te betwijfelen of er tegenwoordig veel aspirant auto-ontwerpers rondlopen die het merk met drie ovalen als hun grote voorbeeld zien. Dit gezegd zijnde, moeten we toegeven dat de Avensis anno 2008 die als basis diende voor deze facelift, qua lijn reeds een flinke stap voorwaarts maakte ten opzichte van generatie twee. Het potentieel was aanwezig; in deze nieuwe editie komt het er als je het ons vraagt, ook pas echt uit. De lichtblokken werden fijngeslepen, de voorste bumper kreeg een nieuwe grille, een breed gapende mond onderaan en fraai vormgegeven mistlichten op de uithoeken. De sedan zag ook zijn achterbumper bijgewerkt, met nu een centrale uitsparing die een diffusor suggereert alsook een nieuwe verchroomde sierstrip boven de nummerplaat. Stuk voor stuk geen wereldschokkende aanpassingen, maar allemaal samen brengen ze het silhouet wel beter in balans en dat geeft op zijn beurt de Avensis dat tikkeltje extra présence mee.
Behalve dat de nieuwe bumpers verantwoordelijk zijn voor de bijgekomen 15mm in de nu 4,71m lange Avensis, veranderde er verder weinig in de cijfertabellen. De sedan meet 1,81m in de breedte en 1,48m in de hoogte, telt 2,7m tussen de wielassen en slikt een behoorlijke 509 liter. Met de achterzetels neergeklapt groeit het laadvolume aan tot 960 liter, maar aangezien de vierdeurs geen kofferklep heeft die daar echt zijn voordeel mee kan doen, is die informatie weinig relevant. Als laadvolume en handigheid belangrijk zijn, verwijst Toyota je graag door naar z'n break, die met de bank naar beneden vlotjes 1.609 liter slikt.