Audi's brutale knaapje staat op hetzelfde onderstel als zijn halfbroer, de VW Polo. Net zoals alle Audi's stuurt de A1 vrij steriel: denk daarbij dan aan een nagenoeg perfecte rechtuitstabiliteit, een zeer neutrale wegligging, zo goed als geen deining in de bochten en afwezigheid van overdadig onder- noch overstuur ... kortom, een beetje saai dus. De A1 stuurt heel precies en blijft als gebeiteld op koers, ook bij lastenwissels. Met dank aan het electronisch begrensd differentieel, dat zich discreet in het zweet werkt door subtiel de rem van het wiel aan de binnenkant van de bocht aan te tippen. Efficiënt en grondig, dat zijn ook bij deze Audi de sleutelwoorden. Op lange autsnelwegritten valt de A1 evenmin door de mand; de geluidsisolatie is prima en ook aan hogere snelheden blijft de koets heel stabiel. De achtienduimers met brede banden knagen onvermijdelijk aan het comfort, dat behoeft verder weinig commentaar.
Audi legde een eerder bescheiden eenheid onder het uitbundige koetswerk van deze Black|White editie, wat enigzins verrassend is. Tuurlijk, de krachtbron heeft met 90pk en 230Nm niet echt moeite met de leeg 1.210kg wegende benjamin. De topsnelheid bedraagt 182km/u en honderd haalt 'ie in 11,4 seconden, maar belangrijker is de rol van de manuele vijfbak wiens verhoudingen prima gespreid werden, zodat de trekkracht in een breed spectrum van het toerentalbereik (1.500 - 2.500t/min) voorhanden is. Hernemen is zelden een probleem, zelfs bij autosnelwegritten op tempo. Enkel bergop haakt de A1 wat vroeg af naar onze smaak. De schakelbak laat ook toe 120km/u te rijden aan een betrekkelijk laag toerental van zo'n 2.100t/min. Op papier komt de A1 met gemiddeld 3,8 liter op honderd toe; ons gemiddeld verbruik lag met 4,8 liter per 100 km net onder de 5 liter, alhoewel de boordcomputer een pak pessimistischer was. Meestal zien we het omgekeerde ... met de 45 liter grote tank vol diesel getankt, geraak je dus probleemloos een dikke 800km ver vooraleer je op reserve valt.