Laat ons maar meteen met de deur in huis vallen. De Rolls Royce Phantom Coupé op onze testbank kost minstens € 440.000. Daarmee is het de duurste Coupé ter wereld. Dat is de prijs van een heel aardig optrekje in het buitenland. Wat je daar alvast niet voor in de plaats krijgt, is een hele lijst snufjes en technologie. Deze Brit heeft een hekel aan het opbod aan functies op de meeste hedendaagse luxeberlines. Wat je als essentieel kan beschouwen, pakweg een snelheidsregelaar en een navigatiesysteem, dat is er natuurlijk wel. Er zijn wel opties, maar eigenlijk is dat een lelijk woord. De Rolls Royce Phantom kan je "personaliseren". De fabriek die deel uitmaakt van het legendarische landgoed in het Britse Goodwood (ja, daar waar ook The Festival of Speed wordt gehouden) vervult met plezier je meest uiteenlopende wensen. Daarover praten, laat staan er een prijs op kleven, past niet binnen de stijl van het merk.
Het is niet eens zo lang geleden dat Rolls Royce het vermogen van z'n motoren gewoon omschreef als "voldoende'. Dat kan tegenwoordig niet meer. Heden ten dage moet je je als constructeur uitspreken over zo'n zaken. De 6,75l V12 is atmosferisch en levert 460pk en 720Nm. De Fiscus is in de wolken als je je een Phantom aanschaft, maar als je de inschrijf- en verkeersbelasting bekijkt in verhouding tot de aankoopprijs, dan is het verwaarloosbaar.