We kozen voor de eerste kennismaking voor de 1.2l grote instapper. Een model dat het EcoDynamics-label op de kofferklep krijgt dankzij de aanwezigheid van een start/stop-systeem en op papier genoegen neemt met 4,8l/100km. De viercilinder produceert 85pk en 121Nm trekkracht, wat voldoende moet zijn om 1.029kg door het verkeer te loodsen. De opgegeven topsnelheid bedraagt 168km/u en de sprinttijd zou in 13,8 tellen moeten kunnen. Daarmee is de 1.2 vlotter dan de twee diesels - tenminste op papier.
In de praktijk is de Rio wat gehandicapt enerzijds door het feit dat zowel vermogen als koppel bij relatief hoge omwentelingssnelheden vrijkomen en anderzijds door de aanwezigheid van z'n vijfbak. Alle andere motorversies hebben recht op 6 versnellingen. Zelfs als je de Rio 1.2 stevig op de staart trapt, gebeurt er niet zo heel veel. Dat gebrek aan drama wordt natuurlijk versterkt door de ophanging die naar behoren filtert, maar niet zo karaktervol is. De stuurinrichting is nog een zwak puntje - de elektrische bekrachtiging geeft weinig sensatie en de stuurbeweging wordt onvoldoende lineair versterkt. Vooral rond de rechtuitstand reageert het iets te nerveus. Kia doet dat natuurlijk om je als bestuurder het gevoel te geven dat de Rio levendig op input reageert. Net als elke andere autofabrikant dat tegenwoordig doet. Maar het werkt niet.