Citroën presenteert de DS4 dus als een 4-deurs coupé met verhoogd dak, zonder een SUV te willen zijn. De achterste portieren spelen verstoppertje, zoals Alfa Romeo dat lang geleden al voordeed. De portiergreep zit onzichtbaar achteraan. De vorm van de achterste portieren loopt achteraan erg puntig uit en dat kan wel eens gevaar opleveren voor kinderen of kleinere volwassenen. De DS4 smukt zich met flink veel chroom en dat staat hem goed. Erg geslaagd is ook de achterschort met de daarin verwerkte uitlaten en deflector. Een opvallend detail zijn de sterk geprononceerde wielkasten met daarin keuze uit een brede waaier velgen in redelijke tot buitensporige maat: 17" tot 19" voor wat de THP 200 betreft. Uiteraard zijn er de verticaal in de flanken geïntegreerde LED-dagrijlichten die bijdragen tot een markante gezichtsuitdrukking voor de DS4. De mistlampen worden tevens ingezet als statische kruispunt- of bochtenverlichting. Ze verzekeren een extra lichtbundel die het zicht verbetert naar de binnenkant van de bocht of het kruispunt en dat tot maximaal 75° naar links of rechts. De bochtenverlichting gaat automatisch aan zodra de bestuurder de richtingaanwijzer inschakelt of wanneer het stuur meer dan 60° wordt gedraaid.
Zoals we dat al van de DS3 kennen, is er keuze aan diverse opsmukelementen voor de buitenspiegels en de portiergrepen. Citroën heeft al langer iets met panoramische voorruiten en dat is bij de DS4 niet anders. Het haalt flink veel licht binnen en biedt de inzittende een aparte kijk op de omgeving dankzij een 45° verticale kijkhoek.