Terwijl de Focus voorheen een Europees product was (dat - toegegeven - ook in andere continenten werd verkocht) is deze nieuwe generatie een echter wereldauto. Een globale productstrategie is het stokpaardje van de nieuwe Ford-baas die bij vliegtuigbouwer Boeing werd weggekocht. Voor het design betekent dat concreet dat het lijnenspel het netvlies moet kunnen prikkelen van klanten in Europa, Azië, de VS en zelfs Australië. Daar schiet de Focus alvast een deel van z'n typische elementen (als de rechtopstaande achterlichten) mee in. Het in Europa gevestigde internationale designteam verwerkte bijna 8.000 "design inputs" voor het totale ontwerp, een drievoud van wat gebruikelijk is. En Het lijkt alsof al die inputs in het eindresultaat zijn opgenomen. De "Kinetic Design"-taal van het merk hield het oorspronkelijk op enkele goedgekozen spanningslijnen, maar inmiddels is het vergleden tot een drukke, haast barokke bedoening waarin een wirwar aan plooilijnen en designaccenten elkaar bekampen om de aandacht van de consument. Het valt nog maar te bezien of de nieuwe koets net zo goed gewapend is tegen de tand des tijds als de originele Focus. Die wordt inmiddels haast aanzien als een designicoon.
De derde Focus-generatie ondergaat slechts een bescheiden groeispurt. De ruimte tussen beide assen groeit weliswaar met 8cm, maar het koetswerk van de vijfdeurs wordt slechts 2,1cm langer (8,8cm voor de Clipper). Nog eigenaardiger - de hoogte en breedte gaan er niet op vooruit, maar zijn zelfs 1,6cm compacter. Dat helpt om een meer aërodynamische waarde te bereiken. Met een Cx van 0,29 is hij 7% gladder dan voorheen. Dat staat natuurlijk niet alleen op het conto van de afmetingen. Alle details zijn geoptimaliseerd en Ford monteert als enige in z'n segment een radiatorrooster dat met lamellen wordt afgesloten als het niet in gebruik is.