Hyundai heeft z'n best gedaan om het lijnenspel van de buitenzijde aan de binnenkant door te zetten. Dat resulteerde dan vooral in wat fantasie bij de vormgeving van de schaduwkap voor het instrumentarium en de sierlijsten om het centrale medaillon rond het scherm voor het (optionele) navigatiesysteem. Dat laatste laat meer dan eens een steek vallen, wat gelukkig niet van de ergonomie kan gezegd worden. Die is niet vernieuwend, maar wel degelijk. Alles zit waar je het verwacht en je aanpassen is dan ook geen opgave.
Hyundai voorziet een hoogte- en diepteverstelling van zowel de zetel al het stuurwiel. In het laatste geval over een gering aantal centimeters, wat wel iedereen in staat moet stellen om een bevredigende houding aan te nemen, zonder dat die daarom helemaal perfect is. Voor de overigens perfect afleesbare boordplank gebruikt Hyundai een overwegend blauwe verlichting. Trendy, maar niet meteen passend bij eender welke interieurcombinatie.
Het plaatsaanbod vooraan is uitstekend. Niet verrassend, want de ix20 is nu ook weer niet zo klein. Achteraan geldt eigenlijk hetzelfde. Concurrenten als de Opel Meriva bieden achteraan overigens meer flexibiliteit, al is het niet dat de ix20 zich volledig onbetuigd laat. De bank heeft een instelbare hellingsgraad van de rugleuning, laat zich in ongelijke delen neerklappen en is volgens dezelfde criteria verschuifbaar.
De koffer is dankzij een relatief grote hoogte (eigen aan het concept) goed voor een laadcapaciteit van 440l. Een waarde waar een vijfdeurs in het C-segment het moeilijk mee heeft. Leg je de achterbank plat (vlakke laadvloer) dan zwelt dat naar 1.486l.