Het is van 2005 geleden dat de Mazda 5 de Premacy verving. Een zaak die de Japanners in het segment van de compacte monovolume geen windeieren legde. De vijf werd met name in Europa goed onthaald, en er zijn er al ruim 180.000 van verkocht, met een marktaandeel binnen z'n segment tot liefst 12%, ondanks de aanwezigheid van zo maar eventjes 18 concurrenten. In ons land gaat het iets minder hard, maar worden elk jaar toch nog haast 600 "5" aan de man gebracht. Nu moet dat stijgen naar 750 exemplaren.

Na vijf jaar is Mazda's busje opnieuw langs de stilist gestuurd. Die liet geen koetswerkpaneel ongewijzigd. De flanken vertonen als eerste de golvende lijnen van de inmiddels alweer afgevoerde Nagare-designtaal. De smoel is een stuk assertiever en slaagt er toch in vriendelijk over te komen. Het interieur is vernieuwd en techniek onderstel en motoren zijn aangepast. Voor Mazda voldoende om het over een nieuwe generatie te hebben. Niet iets waar wij voor vallen - de structuur is identiek en dus is dit een facelift. Een grondige. Hecht geen geloof aan de marketing-prietpraat. Er valt overigens meer eer te halen uit een deskundig uitgevoerde facelift, dan uit een halfslachtige vernieuwing - iets wat je diezelfde marketingboys niet uitgelegd krijgt. Zij zijn ervan overtuigd dat u als potentiële klant zo'n facelift niet koopt, en een nieuw model wel. Deze facelift is overigens deskundig uitgevoerd.

De zetels krijgen alleen een aangepaste bekleding. Op duurdere versies met leder worden die nu gecombineerd met rode contrasten die ervoor zorgen dat het geheel er weer goedkoop uitziet. Ongewijzigd is het feit dat je met de zetels kan toveren. Vooral de tweede zitrij is zo flexibel dat de Kama Sutra er rode oortjes van krijgt. De boordplank is verzorgd, goed afleesbaar maar net zo snel weer vergeten. Bekijk het positief - als er wat mis mee was, zouden het ons herinneren. Wat je langer bijblijft is het vermogen om net geen 1.500l te laden. Dat krijg je niet meteen bij elkaar. De twee zijdelingse schuifdeuren bewijzen ook daar hun nut.

Bij het rijden valt meteen op dat de 5 bijzonder prettig stuurt. Hij beschikt nog steeds over elektrohydraulische stuurbekrachtiging en dat geeft gevoel. Heel anders dan die geheel elektrische rommel die tegenwoordig de norm is. Dat geeft zo veel feedback als je kaak een half uur na je tandarts je het slechte nieuws meedeelde. We reden de tweeliter benzine want de nieuwe, veel interessantere 1.6l diesel (ter vervanging van de huidige tweeliter) is er pas in januari. Die eenheid met 115pk wordt in ons land veruit de populairste. Iets wat we nu al spijtig vinden, want de 150pk en 191Nm sterke eenheid van ons voertuig presteert aardig (11,2 sec voor de sprint, 191 top), verbruikt officieel 6,9l/100km dankzij een voldoende snel start/stop-systeem, is gewillig en stil. Het vormt een mooi koppel met de dynamische onderstelafstelling. Met een vanaf-prijs van € 24.990 is het wel de duurste uit het gamma. Een 1.8 met 115pk is er vanaf € 20.790 en de diesel wordt uw slaaf vanaf € 22.290.