Jaguar rekent af met z'n verleden. Na decennia van classicisme gooien de Britten het roer om en gaan ze nu voor modernisme. Met respect voor het verleden, al kunnen we ons voorstellen dat niet elke liefhebber van het merk die mening deelt. Je kan in de nieuwe XJ kiezen voor en atmosferische V8 met 385pk, een geblazen versie met 510pk of een drieliter zescilinder diesel met 275 en 600Nm trekkracht. De instapprijs bedraagt € 81.700 maar de lange wielbasis en Portfolio-uitrusting duwen de prijs naar € 99.800.
De XJ meet in deze uitvoering liefst 5,25m. Hij is met 1,45m hoger dan voorheen, maar nog steeds lager dan z'n concurrenten. Onderstel en koetswerk zijn nagenoeg geheel in aluminium uitgevoerd, waardoor het model zo'n 150kg minder weegt dan een vergelijkbaar model. Da's ook goed nieuws voor de veiligheid, want dat betekent dat er bij een ongeval minder energie geabsorbeerd moet worden. ESP moet die kans vanzelfsprekend zo laag mogelijk houden, maar als het toch misloopt kan je rekenen op 6 airbags en actieve driepuntsgordels.
In het interieur zit je prinsheerlijk, omgeven door de nieuwste technologie (een geheel digitaal instrumentarium, aanraakscherm in de middenconsole, automaat met draaischakelaar) en tegelijk ingekapseld in traditionele materialen - houtinleg en dik leder. Vooraan vinden de centimeterjagers meer buit bij de Duitsers die veel minder gewaagd voor de dag komen. Achteraan is het plaatsaanbod boven kritiek verheven. In een limousine hoort dat zo. De koffer is 520l groot, maar niet erg diep.
Jaguar biedt géén achtcilinder dieselmotor aan. Maar de 3-liter met dubbele turbo stuwt de XJ naar 100km/u in 6,4 tellen en haalt een top van 250km/u. Het blok is bijzonder discreet en vraagt elke 100km slechts 7,2l brandstof. Waar de XJ het meest overtuigt is in z'n weggedrag. De ophanging is kordaat, de stuurinrichting communicatief en de balans uitgelezen. De XJ voelt niet half zo groot aan als hij is en dat is een prestatie.