De structuur, die voor beide busjes nagenoeg identiek is, last Ford grotendeels samen uit borium (staal met een hoge weerstand). Dat zorgt voor een zeer rigide veiligheidscel om de inzittenden en beperkt het risico dat vreemde objecten in het passagierscompartiment doordringen (ook achteraan). Die structuur is rondom voorzien van kreukelzones met geprogrammeerde vervorming. Loopt het toch mis dan trekken stuur en pedalen zich terug en ontplooien zich voor de bestuurder een stuur- en knie-airbag. De voorste passagier valt dezelfde eer te beurt. Over de breedte van de drie zitrijen worden gordijnairbags ontplooid en vooraan zorgen plofkussens ook nog eens voor bescherming van het torso. Terwijl al die extra lucht (meer dan 200l alleen al voor de frontale airbags) het interieur ingepompt wordt, zorgen gordelspanners met spankrachtbegrenzers ervoor dat je er niet te hard mee in aanraking komt.
Vooraleer het bovenstaande uitgebreide noodscenario wordt afgespeeld, heeft Ford er al alles aan gedaan om het te temperen. Remacties worden door ABS bewaakt, een te actieve of te luie voortrein wordt door de stabiliteitscontrole weer tot de orde geroepen en als je te veel vermogen op de aangedreven wielen loslaat, knuppelt de tractiecontrole pk's dood als ware het schattige witte zeehondjes.