Door aan de remmen te werken en een set af te leveren die meer bijtkracht, gevoel en uithouding leveren, heeft Land Rover onze voornaamste kritiek op het weggedrag van de vorige generatie weggewerkt. Maar als het bedrijf z'n klantenonderzoek goed heeft gedaan, bleek er nog wel één en ander voor verbetering vatbaar. De Disco 3 stond ondanks z'n forse gewicht eerder slap op z'n pootjes. Een beetje als een olifant met een spierziekte. We hebben het zompige, goedmoedige en heupwiegende karakter altijd geapprecieerd, maar blijkbaar horen we daarmee tot de minderheid. Meer stuurgevoel en een strakker weggedrag stonden hoog op de verlanglijst. Daarom is de ophanging aangepast. Een opsomming zou ons te ver leiden, maar het komt erop neer dat de Disco 4 z'n layout nu deelt met de technisch nagenoeg identieke Range Rover Sport en dikkere antirolstangen krijgt. Niet dat de olifant nu rondhuppelt als een eekhoorn op epo, maar de Disco 4 stuurt opmerkelijk strak en communiceert z'n intenties goed. Wellicht zitten ook de grotere wielen daar voor iets tussen. Je kan je nu een lastenwissel permitteren zonder dat het dashboard oplicht als een kerstboom. En uiteraard hebben de aanpassingen geen invloed op de terreinprestaties.
In ons land blijft de 2.7l V6 dieselcentrale die door Ford (de vorige eigenaar van Land Rover) samen met Peugeot & Citroën werd ontwikkeld. Een bijzonder goed aggregaat dat met z'n vermogen van 190pk en 440Nm trekkracht evenwel z'n handen vol heeft aan de Disco, zeker in combinatie met de nochtans uitstekende ZF-zestrapsautomaat. Jaguar en Land Rover ontwikkelden daarom op eigen houtje een drieliter biturbo op basis van hetzelfde blok. Die levert 245pk en liefst 600Nm trekkracht (een record voor een diesel met dit slagvolume). De centrale -hier op test- wordt altijd aan een automaat gekoppeld. En ondanks de gevoelige gewichtshandicap kan die relatief compacte dieselmotor de Discovery in 9,6 tellen naar 100km/u stuwen en haalt hij een begrensde top van 180km/u. In de sprint maken 0,3 slagvolume meer dan 2 tellen verschil uit, en omwille van z'n riante koppel is het onderscheid bij het hernemen nog groter. Bovendien is de drieliter niet echt dorstiger dan de 2,7l. Op papier scheelt het 1 deciliter. In de praktijk hebben we met de nieuwe motor zelfs minder verstookt dan met de instapdiesel.
De verbeteringen om door de modder te ploeteren zijn minder spectaculair. Land Rover heeft echter de afstelling van het terrein response-systeem nog verbeterd. Die draaischakelaar, waarbij elke stand staat voor een specifiek soort ondergrond (gras, modder, rotsen, diepe sporen...), neemt het denkwerk van de bestuurder over. De software kiest de instelling voor de luchtophanging (enkel de instappers hebben een stalen ophanging, maar die worden nauwelijks verkocht), de gevoeligheid van tot 3 vergrendelbare differentiëlen, de versnellingsbak, het gaspedaal en zulks meer. En ja, de Disco neemt de meest onwaarschijnlijke hindernissen met het grootste gemak. Indrukwekkend, en erg handig als je die om den brode moet overwinnen. Doe je dat laatste bij wijze van ontspanning, dan verkiezen wij alvast de drivers-controls-all-aanpak van de Defender.