Skoda mag dan wel een essentiële rol spelen in de toekomstplannen van de groep. VW geeft bij de introductie van nieuwe technologiën nog steeds voorrang aan z'n eigen producten. De benzines die in de Superb gelepeld worden zijn nochtans stuk voor stuk modern. Helaas hebben we daar in ons land geen boodschap aan.
Dieselrijders krijgen nog steeds de 105pk sterke 1.9 TDI op hun bord. Niet echt het toonbeeld van prestaties of subtiliteit, maar wel zuinig. En ook de 2.0 TDI met 136pk die we hier aan de tand voelen perst de brandstof nog middels pompverstuivers in de cilinders. De geluidsisolatie is merkbaar beter dan voorheen, dat wel. Toch kan het blok de vergelijking met producten van de concurrenten niet aan. De 170pk sterke tweeliter heeft wél recht op de nieuwe common-rail technologie. Dat is een fikse verbetering, al bleef de architectuur ongewijzigd waardoor de producent het nog steeds moet hebben van verbeteringen in de geluidsisolatie en motordemping. Over het motorblok kunnen we enkel blijven herhalen dat het weinig lineair (dus brutaal) is. Nochtans presteert het niet slecht. 320Nm is vanaf 1.800 tot 2.500t/min ter beschikking. En een zesbak (ook voor de 1.9 TDI overigens) stuurt dat naar de voorwielen. De presaties zijn zeer aardig. De topsnelheid bedraagt een volstrekt irrelevante 207km/u en de sprint neemt 10,2 tellen in beslag. Ondanks een leeggewicht van anderhalve ton (wat gezien de afmetingen redelijk is), zijn tussenacceleraties z'n beste punt op voorwaarde dat je met het pookje roert tot het toerental dat van het maximumkoppel aangeeft. Van de zesbak weten we dat hij zuiver en afgelijnd schakelt. Alleen de eerste versnelling liet zich moeilijk selecteren, wat ongetwijfeld te wijten was aan een exemplarisch probleem. De voortrein bijt zich goed in het droge asfalt vast. Wie uit de startblokken wil knallen op een nat wegdek, neemt de nadelen van voorwielaandrijving beter voor lief.
Omdat de Superb tussen beide assen de riante afstand van 2,76m heeft, zijn de juiste condities voor een uitstekende rechtuitstabiliteit aanwezig. En het model stelt niet teleur. Toch is het niet zo dat de Superb met tegenzin de bocht in gaat. De besturing is voldoende levendig en zacht om dat idee in de kiem te smoren. Een sportieveling is het natuurlijk niet - de koetswerkbewegingen zijn toch goed onder controle. Het comfort is van goed allooi als het wegdek mee wil werken. De demping op een slechte ondergrond zet niet bepaald de norm. Duitsers zien daar de noodzaak niet van in. Testkilometers over het Belgische wegennet zouden hen wellicht tot inkeer brengen.
Volgens de constructeur neemt de tweeliter pumpeduse-diesel genoegen met 6,8l/100km over de gemengde cyclus. We noteerden tijdens onze test pieken tot 12,5l/100km. Een beetje goede wil leverde meteen een heel ander cijfer op; 6,4l/100km. Onze gemengde controlecyclus tikten we finaal af op 7,4l/100km. Dat is een goed resultaat.