Het heeft niet veel gescheeld of deze Honda Accord was er nooit geweest. Zoals het een goede schoenmaker betaamt, wou Honda bij z’n leest blijven. Dat waren gemotoriseerde tweewielers. Net zoals Kawasaki of Yamaha. Honda was aanvankelijk zeker geen traditionele autobouwer. In de jaren ’60 ondernam Honda toch enkele bescheiden vingeroefeningen met die typisch kleine Japanse KEI-cars. En kijk, begin jaren ’70 bleek de Civic plots een wereldwijd succes. Uiteraard wou Honda daar een vervolg aan breien. De Accord was een logische volgende stap. Zoals dat gaat bij autobouwers, een queeste naar steeds groter, krachtiger en meer comfort.
Uniek en polyvalent
De eerste Honda Accord stamt uit de periode dat Japanners nog echt japanners waren. Hun automobielen werden ontworpen vanuit de Japanse filosofie van praktisch, rationeel en (bovengemiddeld) degelijk. Ook de Accord was een auto die alleen maar door Japanners kon gemaakt worden. Een auto die uitblonk in rationaliteit waar voor je geld bood. De traditionele Europese autobouwers wisten niet goed hoe ze hier moesten op reageren. En zeker niet op de aparte Honda Accord die in 1976 gepresenteerd werd. Hij verraste op diverse domeinen, niet in het minst als een prettig rijdende drivers car. Honda heeft getwijfeld of ze zouden opteren voor een driedeurs of vierdeurs-layout. Wetende dat er al zeer veel concurrentie was tussen de klassieke vierdeursmodellen en dat een driedeurs toch wat meer vlotte sportiviteit zou uitstralen. Het werd dus de driedeurs. Dat bleek een goede keuze. De Accord zat meteen in een uniek segment en had het rijk haast voor zich alleen. Hij was niet te betrappen op zwakheden. Hij blonk uit met z’n praktische bruikbaarheid en een verrassend goed rijgedrag. De Accord was hoegenaamd geen utilitaire break voor loodgieters of schrijnwerkers. Hij kon dienen als familie-auto, maar papa kon ook z’n hart ophalen en een portie rijplezier beleven. De Accord paste zich gewillig aan. Pas vele jaren later verscheen er iets gelijkaardigs met de Volvo 480, die evenwel meer sportief georiënteerd was. De Accord was polyvalenter.
Een feelgood-auto
In het lastenboek van de fonkelnieuwe Accord stond met stip ‘comfortabel cruisen aan 130km/u’. Het gevolg was dat Honda geen half werk afleverde en bewust een aantal keuzes maakte met het oog op ‘vlot rijden’. Daarom de onafhankelijk wielophanging, duurdere radiaalbanden, veel aandacht voor een goede geluidsisolatie. Hij kreeg een fonkelnieuwe en moderne 1600cc met 68 pk, gekoppeld aan een vijfbak, of beter vier plus een overdrive. Die zorgde voor minder motorgeluiden en een lager verbruik bij het cruisen.
Terwijl de gevestigde Europese waarden van die periode hun auto’s zo naakt als een kaalgeplukte kip durfden te verkopen, waren de Japanners verrassend compleet uitgerust. Niet alleen z’n dubbele koplampen, ook een toerenteller om de sportiviteit te benadrukken en zelfs een radio was standaard in een knap uitgebouwd dashboard. Over de interieurkleuren en schakeringen was nagedacht. Naargelang de versie of buitenkleur, kon de kleur van het dashboard veranderen, rood, zwart of blauw. Tot zelfs de veiligheidsgordels, niet klassiek zwart, maar een zachte blauwe kleur. Het zat goed tot in de details.
De concurrentie een neus zetten
Net zoals de andere Japanners had de Accord alles in huis om een bestseller te worden: goed uitgerust, het juiste praktische formaat met z’n lengte van 4.11 m, aangenaam rijden. En betrouwbaar. Nog meer dan Europese merken wou Honda werk maken van ‘degelijkheid’. Dat betekende dat de nieuwe Accord uitgebreid getest werd, zowel in de vrieskou van Alaska, alsook in de hete woestijn van Death Valley (in California). Een reputatie bouw je stap voor stap op. Tot op vandaag eindigt Honda telkens erg hoog in de diverse betrouwbaarheidspolls.
Met een jaar vertraging werd in 1977 de vierdeurs sedan geïntroduceerd en in 1978 werd de LX-versie toegevoegd. Die stond voor meer luxe, met oa stuurbekrachtiging en een airco. In 1981 was het tijd voor een facelift. Z’n design werd strakker getrokken. De Accord zal nog vele opvolgers kennen, maar net zoals vele andere Japanse merken begon Honda z’n vizier alsmaar meer op Noord Amerika te richten. Daar werd Honda in de jaren ’80 zeer succesvol en werd de Accord ook gebouwd.
Premium-ambities
De Accord kende een hele evolutie, maar bleef een model dat steeds wat heeft moeten zoeken naar z’n plaats in de markt. Begonnen als een driedeurs doorslag van de kleine Civic, tussendoor verscheen in 1986 een bizarre Accord Aerodeck, een shooting break met klaplichten. Wat moesten we hier van denken? Met elke generatie werd de Accord duurder en sportiever en schoof hij op in de richting van premiummodellen zoals een Audi A4 of zelfs een BMW 5. Niet verwonderlijk want de Accord etaleerde graag z’n technisch gesofisticeerdheid en z’n knappe VTEC-motoren. Tot op vandaag is de Accord één van de langst lopende modellen, weliswaar niet meer in onze contreien. De Accord kreeg in de vakpers steevast lovende kritieken, velen vonden hem knap, degelijk en sportief. Maar ondanks alle lof bleef hij in Europa een muurbloempje en kreeg nauwelijks voet aan de grond. In de VS en op meerdere markten blijft de Accord een bestseller.