Deze dure en vooral exclusieve coupé was door Bertone aanvankelijk bedoeld als vingeroefening in styling. Italiaanse designers doen dat graag. Dat was nog de periode dat men er nogal makkelijk van uitging dat iemand anders toch de uitspattingen en verlieslatende putten zou dempen. Het Stratos-concept werd voor het eerst getoond op het Turijns salon van 1971. Vele monden vielen open en het ranke, futuristische concept kreeg veel lof toegezwaaid.
Lancia was altijd een buitenbeentje geweest. Al van bij het prille begin ademde dit Italiaans merk uit al z’n poriën exclusiviteit, luxe en verfijning maar ook sportiviteit uit. Lancia had nooit een gebrek aan out of the box-ideeën, fantasie en een gezonde dosis lef maar had nooit een groot budget. Gelukkig waren er toch momenten dat de geldbeugel wat verder werd opengetrokken. Dus na alle lof over het Stratos-concept werd er op het hoogste niveau met Fiat, de baas van Lancia, gepraat. Vooral de race-afdeling van Lancia zag in dit knappe ontwerp een interessante route naar sportieve roem. Het was nog de periode dat Lancia z’n sportieve roots volop wou cultiveren.
Gemaakt om te winnen
Tot grote verbazing van Bertone mocht dit Stratos-concept verder ontwikkeld worden. De compacte tweezitter werd helemaal op punt gesteld voor het wereldkampioenschap rally. Gebouwd op de basis van een stalen space-frame en aangekleed met kunststof panelen. Een lichtgewicht dus, met zeer veel pk’s per kilo. En vooral erg laag. Het verhaal wil dat Nuccio Bertone himself het eerste prototype van de Stratos naar de Lancia hoofdkwartieren reed. En tot grote hilariteit kon de experimentele Stratos simpelweg onder de gesloten slagboom doorrijden. Van een entrée gesproken. Hij werd voorzien van een 2.4l V6-Ferrari-motor (190 pk). Gemonteerd achter de bestuurder. Mede door z’n bescheiden gewicht (980 kg) en goede handelbaarheid werd de Stratos een knaller. De quattro-aandrijving was in die periode uitsluitend voor zware terreinvoertuigen, niet voor pk-monsters. Dus de Stratos moest het doen met zuivere achterwielaandrijving. De nobele stuurmanskunst was hard nodig. Maar elke getalenteerde autopiloot wil deze sensaties beleven.
De chauffeur lag bijna plat achterover onder de panoramische voorruit. Opvallend kort en laag van snit, met een duidelijke missie: rallykampioen worden. Daarom had de bestuurder een goed en breed zicht naar voren, maar kon nauwelijks zien wat achter hem gebeurde. Voor een wedstrijdwagen hoefde dat uiteraard niet.
In 1972 en ’73 werden al enkele exemplaren als prototype getest in diverse wedstrijden en meteen was de Stratos erg succesvol. Om gehomologeerd te raken, moesten er minimaal 400 exemplaren gebouwd worden. Dus ging de productie in 1974 van start. Geen massaproductie. Op een artisanale manier werd de assemblage in de Bertone-ateliers te Turijn verricht. Vervolgens werd de Stratos in de Lanciafabriek te Chivasso verder afgewerkt. Het resultaat was een blitse en vooral luidruchtige verschijning waarvoor de achteloze voorbijganger telkens z’n hoofd draaide. Aan zeges geen gebrek. De Stratos, met een batterij verstralers op z’n snuit en getooid in de iconische Alitalia-kleuren, won het wereldkampioenschap drie jaren op rij, in 1974,‘75 en ’76.
Meer mythe dan bestseller
“De Stratos is een hebbeding met cultstatus voor gefortuneerde verzamelaars”Een dergelijk folietje wordt uiteraard nooit rendabel. In 1976 besloot grote baas Fiat daarom de geldkraan dicht te draaien. Maar de mythe was gecreëerd. En om die nog groter te maken, was het beter om exclusief te blijven. Moederhuis Fiat wou in die periode de eigen 131 in de spotlights rijden en laten schitteren als sportieveling. Die zou inderdaad veel verkopen en centen opbrengen. Dat betekende het einde van de Stratos als fabrieksauto, maar ook in privéhanden bleef de Stratos een winner. Dus ook na 1976 dook hij nog regelmatig op in diverse rallyes zowel op verhard, als onverhard terrein. Er kwamen zelfs turboversies met 480pk. Vele jaren later zou de Lancia Delta de uitdaging overnemen. Opnieuw met succes. Nu wel met vierwielaandrijving, en nog meer pk’s.
Uiteindelijk werden er 495 exemplaren van de Stratos gebouwd. Kopers vinden voor dit exclusief monstertje, was geen probleem. De bouwkwaliteit op een aanvaardbaar niveau krijgen, bleek veel minder evident. De juiste benaming is Lancia Stratos HF, wat staat voor High Fidelity, niet echt een terechte benaming. De Stratos is dus vooral een hebbeding met een cultstatus voor gefortuneerde verzamelaars. Geen auto voor dagdagelijks gebruik. Onbegonnen werk om deze rariteit in ‘t wild te spotten. De weinige exemplaren komen niet buiten.