1968 was een bewogen jaar. Het jaar van de Flower Power, revolutie van San Francisco tot Parijs, Leuven Vlaams, de Praagse Lente, Vietnam stond in brand, de Beatles brachten hun ‘White Album’ uit, de kleine Michael Jackson kweelt z’n 1-ste hit, Eddy Merckx wint z’n eerste grote ronde in Italië, Sabine Hagedoren kwam op de wereld, en er was de Peugeot 504. Laat ons vooral aandacht hebben voor dit laatste fenomeen.
Na 404 komt 504
Peugeot vond dat het tijd was om z’n bestseller, 404, te vervangen en zette huisstylist Pininfarina aan het werk. Het resultaat mocht gezien worden: een karakteristieke en herkenbare Peugeot-smoel, een vlotte stijl met een opvallende knik ter hoogte van de koffer. Pers en publiek reageerden enthousiast.
De 504 schopte het tot ‘auto van het jaar 1969’ en werd onthaald als een aangenaam sturende, solide gezinsauto. Hij werd zowat de maatstaf voor wat een gezinsauto moest zijn. De 504 nam een vliegende start en werd algauw een regelrechte verkoopstopper. Niet verwonderlijk voor deze auto met de juiste proporties, een goede wegligging (dankzij z’n moderne, onafhankelijke wielophanging) en goede motoren. De 504 ‘klopte’.
Er kon gekozen worden uit meerdere 4 cilinder benzinemotoren van 1800cc tot 2000cc, met versnellingen aan het stuur of een pook op de vloer. Peugeot was een trendsetter in de dieseltechnologie. Er waren dieselmotoren van 1900cc tot 2300cc. In die tijd genoten de Peugeot/Indenor-diesels een goede reputatie. Ze bleken onverslijtbaar en vonden hun weg naar meerdere merken zowel binnen als buiten de Peugeot-familie. Met deze dieselmotor was de 504 populair als taxi en bouwde een reputatie op als de ideale auto voor lange afstanden.
De 504 breide ook een vervolg aan de Peugeottraditie van heuse stationwagens. Geen ‘lifestyle break’ waar design primeert boven functionaliteit. Bij Peugeot betekende de 504 break een duidelijke keuze voor ruimte. Lees: een verlengde 504 met oftewel plaats voor 7 personen (familiale genoemd) oftewel een heuse verhuiswagen.
Taxi brousse
De 504 was alomtegenwoordig. Je zag hem op elke straathoek, hij dook op in diverse films, werd op diverse continenten verkocht, tot in de VS (met dubbele koplampen), en werd met succes ingezet in een aantal Afrikaanse rally’s.
Maar na een intense en succesvolle Europese carrière verdween de 504 evenwel in de jaren ’80 vrij snel uit het straatbeeld. Dat had alles te maken met de massale export naar Afrika. Zeker de break vond daar z’n ideale biotoop. De 504 break bleek de geknipte taxi-brousse. Tot op heden doet hij daar nog dienst. Indien nodig met 10 passagiers en op het dak een halve dierentuin vastgesnoerd. En zo lang daar geen verplichte technische controle bestaat, zal de 504 er nog wel even blijven rijden.
The beauty and the beast
Naast de klassieke berline en break waren er ook de zeer geslaagde coupé-versies, gesloten versies of cabrio’s. Gebouwd door, en bij Pininfarina, net als de coupévarianten van de 404 of 406. Zowel met 4 cilinders of een krachtige V6. Ook een opvallende verschijning was de Dangel. Vanaf 1980 bouwde Dangel op de basis van de 504-break een heuse pick-up-versie met vierwielaandrijving. Een woestijnbeest dat hoog op z’n poten stond. De Peugeot 504 werd nog tot 2006 gebouwd in Kenia. Behalve In Frankrijk rolde hij ook nog van de band in onder meer Argentinië, Nigeria, Egypte of China. Zijn productiecyclus heeft dus 38 jaren geduurd. Een dergelijke carrière is niet veel auto’s gegeven.