Op 9 oktober 1946 werd de Unimog officieel geboren. Tenminste, wanneer je de eerste testrit als referentiedatum neemt. Het eerste ontwerp dateert al van een jaar eerder. In 1947 werd hij voor het eerst voorgesteld. In '48 ging de serieproductie pas van start en pas vanaf 2021 werd hij een Mercedes. Gooi al die data op een hoopje en 1949 is een mooi gemiddelde. Het perfecte excuus dus om nu een carrière van ruim 70 jaar toe te lichten.
Doorzetter
Dat de Unimog alles overwint, is misschien wat overdreven. Vast staat alleszins dat hij met succes zeer uitdagend terrein bedwingt en dat hij 70 wordt of geworden is, wat een heuse prestatie is. De Unimog moest herhaaldelijk vechten voor zijn bestaansrecht. Maar tot nu toe heeft hij doorgezet. En er zijn er niet veel uit de autogeschiedenis dat dat kunnen zeggen, de Jeep misschien of de VW Transporter. Maar zelfs de Jeep is eigenlijk niet meer wat hij ooit was. Er rijden nu zelfs exemplaren zonder vierwielaandrijving rond, die weleens zouden kunnen verdrinken als ze door een plas rijden.
Alleskunner
Het begon allemaal direct na de Tweede Wereldoorlog. Albert Friedrich, voormalig hoofd van de vliegtuigmotorenafdeling bij Daimler-Benz, verzamelde aan het einde van de oorlog in 1945 ingenieurs rond zich om een voertuig te ontwikkelen waarmee de Duitsers zowel hun akkers konden bewerken als ook de puin konden ruimen waarin het land achtergebleven was. De ingenieurs ontwierpen een vierwielaangedreven trekker die alles aankon, met een spoorbreedte van 1,3 meter, zo breed als twee rijen gepote aardappelen, maar ook snel genoeg om de oogst naar de markt te brengen. Met andere woorden een universeel inzetbaar voertuig, of in het Duits Universal-Motor-Gerät, Unimog dus.
Het Amerikaanse militaire bestuur gaf, na vele tests, aan Boehringer Werkzeugmaschinen het "bevel” met massaproductie te starten, wat eindelijk in 1949 zo geschiedde. Een paar jaar later, in 1951, nam Daimler het bedrijf over. De Unimog werd voortaan in Gaggenau in het Zwarte Woud gebouwd.
Handarbeid
“Het ziet ernaar uit dat de Unimog nog een hele poos onverwoestbaar blijft”Zowel toen als nu nog steeds worden Unimogs grotendeels met de hand gemaakt. In de productiehal in Wörth am Rhein zie je geen robots, het is er niet zo chic als in moderne autofabrieken. In plaats daarvan treffen je hamerende en schroevende mannen aan, werkbanken vol tape en kruipolie. Een half uur duurt een handeling hier, niet drie minuten zoals elders.
Universeler dan universeel
En deze werkwijze heeft zo zijn reden: geen enkele Unimog lijkt op een andere. Er zijn er die op treinsporen kunnen rijden. Er zijn de oranje voertuigen van de gemeente (de "Kommunal"), die sneeuw ruimen en zout strooien, in het voorjaar worden die dan omgebouwd tot maaiers. Het hele jaar door bewijst hij zijn nut, een belangrijk verkoopargument. Verder is er de Unimog tractor (minder populair omwille van de relatief kleine wielen en de hoge prijs), de luxe Unimog voor Arabische sjeiks, de Unimog mobilhome ("Unicat") voor avontuurlijke wereldreizigers en de Unimog ontwikkelingshelper. Al decennia lang bewijst het voertuig trouw dienst bij het bouwen van scholen en ziekenhuizen. Een voertuig dat zijn naam nu eens werkelijk alle eer aandoet.
Maar ook het leger en militaire diensten zetten de Unimog graag in. Vaak wordt hij als basis gebruikt voor tanks op wielen. Een paradox, want oorspronkelijk werd hij expliciet als voertuig voor burgergebruik ontwikkeld.
Onverwoestbaar
En toch kampt de Unimog met een probleem, vanuit een zakelijk perspectief tenminste. De Unimog is dermate robuust dat iedereen die er een heeft gekocht, niet gauw - om niet te zeggen nooit - een nieuw exemplaar nodig heeft. En ook van de Europese legers, met hun steeds beperktere defensiebudgetten, hoeven ze geen monsterbestellingen te verwachten. Slechts ongeveer 2000 Unimogs verkoopt Daimler nog per jaar. Weliswaar aan circa € 100.000 per stuk, werktuigen en opbouw niet meegerekend.
Verhuis brengt redding
Aan het begin van het millennium besloten de heren in Stuttgart daarom de productie van Gaggenau, waar de Unimog een halve eeuw lang de fabriekshallen verliet, naar 40km verderop te verhuizen. Aan de nieuwe Unimog-band (in Wörth) worden nu ook vuilniswagens en grotere militaire trucks vervaardigd. Deze modulaire productiewijze bespaart fors geld. Bovendien worden ook de motoren nu gezamenlijk ontwikkeld. Het ziet er dus naar uit dat de Unimog nog een hele poos onverwoestbaar blijft.