Vijf geheimen van de VW Golf I (1974)

In 1974, exact veertig jaar geleden dus, zag de eerste Golf het levenslicht. Intussen zijn er van het model meer dan 30 miljoen exemplaren gebouwd en is de eerste zo een beetje een icoon geworden. Dan denk je toch dat het model inmiddels al z’n geheimen heeft prijsgegeven? Niet dus. We zetten er nog vijf op een rij.

Een Golf van Porsche

VW begon al in de jaren zestig met de ontwikkeling van een opvolger voor de Kever. En ook zustermerken werden ingeschakeld. Porsche stelde deze hatchback voor met een platgelegde viercilinder onder de achterbank en achterwielaandrijving. Snel en wendbaar. Maar het was een recept van Audi, met een rationele watergekoelde motor vooraan en voorwielaandrijving dat het haalde.

Kever-motor

De kleine boxermotor van de Kever had een ijzersterke reputatie. Robuust, makkelijk te onderhouden en - hoewel niet krachtig - erg gewillig. Er werd dus wel degelijk nagedacht over een Golf met Kever-motor (in dit geval wel vooraan gemonteerd). In 1969 reed er zelfs een prototype van rond.

Liever vierkante koplampen

Aan het begin van de seventies was de Golf I een onkarakteristiek hoekig ontwerp. En als het aan de ontwerpers had gelegen, was hij nog veel strakker geweest. Die wilden immers vierkante koplampen. Die sneuvelden echter op weg naar serieproductie. Ronde koplampen waren nu eenmaal goedkoper.

200 meter

De eerste Golf had verwarming, verlichting, een radio en achterruitontdooiing. En daarmee hebben we de snufjes zo ongeveer gehad. Er zat dan ook slechts 200 meter elektrische bedrading in. Vergelijk even met de jongste Golf VII - daarin is ‘den draad’ 1.594 meter lang.

Lang leven

De Golf I hield het uit van 1974 tot 1983. Maar dat was niet het echt einde van de eerste generatie. Die werd immers elders nog vrolijk verder gebouwd. Tot in 2009 leefde het model voort in Zuid-Afrika. Daar heette hij CitiGolf. Dat is een carrière van zo maar eventjes 26 jaar.

Geef commentaar
comments by Disqus