Onlangs werd gefluisterd dat de op het jongstleden autosalon van Frankfurt voorgestelde Volvo Concept Coupé in gelimiteerde oplage in productie gaat, en dat tekenhuis en carrosseriebouwer Bertone zal instaan voor de bouw ervan. Maar het is niet de eerste maal dat de Italianen het Volvo-embleem op één van hun creaties plakken. De Tundra is zo'n voorbeeld daarvan.
Bertone moet voor meer spanning zorgen
In 1976 lanceerde Volvo de 340, een achterwielaangedreven en vooral betaalbare driedeurs die oorspronkelijk 343/345 werd gedoopt en achteraf ook als berline in de verkoopstabellen werd losgelaten. Het model ging drie jaar nadat de Zweden een groot aandeel in de afdeling personenwagens van DAF te pakken kregen in productie. De reeks bleek een succes, maar niemand werd er warm van. En dus ging men ten rade bij Bertone, dat sinds '77 de 262C van de band liet rollen. Dat is een coupé op basis van de 164 die tot '81 zou aanblijven en opviel vanwege zijn vinyl dakbedekking.
Hoofdontwerper Marcello Gandini ging aan de slag met de basis van de 340, maar schudde een creatie uit zijn mouw die door de Volvo-toplui als te vooruitstrevend werd bestempeld. Het lijnenspel was een evolutie van dat van de Reliant FW11, een Bertone-prototype uit '77, en de hoekige Tundra onderscheidde zich van ander rollend materieel vanwege zijn 'zwevend' dak, de gecamoufleerde stijlen en het assymetrisch geplaatste radiatorrooster dat perfect aansloot op de radiator zelf. Om het plaatje compleet te maken voorzag Gandini de auto van een stel klaplichten en een achterpartij typerend voor de jaren '80. Dezelfde tekentaal werd doorgetrokken naar het interieur. Daar sprak vooral het digitale instrumentarium tot de verbeelding.
Te futuristisch voor Volvo, maar niet voor Citroën
Volvo meende echter dat het model niet zou verkopen vanwege té futuristisch en zag af van de inproductiename. Maar bij Bertone bleef men niet bij de pakken zitten. Dus werd bij Citroën aangeklopt met een licht aangepaste versie van de Tundra. En de Fransen, die zagen in tegenstelling tot de conservatieve Zweden wel brood in het ontwerp. Het zou uiteindelijk leiden tot de Citroën BX, die in 1982 de verkoop in ging en een commercieel schot in de roos zou blijken. De BX wisselde tijdens zijn loopbaan zo'n 2,4 miljoen keer van eigenaar. Tot grote spijt van Volvo, wellicht.