Uiterlijk breekt de nieuwe Coupé zo goed als volledig met zijn voorganger, die eerder agressief getekend was. Hyundai gebruikt voor het nieuwe design de omschrijving “New Edge” en voorzag de wagen van een dynamisch maar gespierd design dat strakke lijnen en contrastvlakken combineert. Uiterlijk worden de sportieve ambities niet onder stoelen of banken gestoken. De voorspoiler heeft brede, horizontaal doorlopende luchthappers, achter de voorwielen zitten ventilatiekieuwen en de achterpartij wordt gesierd door (afhankelijk van de motorisatie) twee dikke uitlaten. De nieuwe koets heeft ook verbeterde aërodynamische eigenschappen. De luchtweerstandcoëfficiënt daalde met 7% ten opzichte van de vorige versie en bedraagt nu 0,34. De Coupé is 4,39m lang, 1,76m breed en 1,33m hoog en groeide in lengte en breedte ten opzichte van het vorige model. Met 2,53m nam ook de wielbasis toe, wat bevorderlijk is voor de rechtuitstabiliteit.
De Hyundai is een 2+2, maar hij biedt door het gebruik van ruimtebesparende maatregelen meer plaats dan zijn voorganger. De kofferruimte is voortaan 418l groot en kan omwille van de symmetrisch (50/50) neerklapbare achterbank modulair uitgebreid worden. Zitten doe je in nieuwe Recaro-style voorstoelen. Die moeten degelijk zitcomfort en sportieve steun met elkaar verzoenen, ze hebben een instapgeheugen (dat zorgt ervoor dat de stoelen niet opnieuw ingesteld moeten worden als iemand achteraan plaatsneemt) en zijn in 8 verschillende richtingen verstelbaar. De wijzerplaat met rode indicatienaalden is standaard van alle gebruikelijke wijzertjes en een boordcomputertje (met o.a. gemiddeld verbruik) voorzien, maar in de duurdere uitvoeringen krijg je nog extra klokjes voor trekkracht van de motor, actueel brandstofverbruik en batterijspanning.
Het Coupésegment kent tegenwoordig 3 verschillende klassen. Je hebt de instapklasse (met o.a. de Ford Puma), de middenklasse (met bijv. de Opel Astra Coupé) en de topklasse (met een Volvo C70, BMW 3-reeks Coupé,...). Door de Coupé aan te bieden met 3 motorversies wil Hyundai in elk van deze klassen meespelen. De eerste is de 1.6 Alpha viercilinder in lijn. Die kennen we al uit andere wagens van de constructeur, maar hij kreeg hier wel een hervormd nokprofiel, een grotere slaglengte en een geoptimaliseerde kleppentiming. De motor is 105pk sterk bij 5.800t/min en levert een maximale trekkracht van 143Nm bij 4.500t/min. De tweede motorversie is de tweeliter Beta II. Ook daaraan werd wat gesleuteld. Hij levert nog steeds 136pk (bij 6.000t/min) maar de maximale trekkracht van 179Nm komt reeds bij 4.500t/min vrij (dat is 500t/min eerder dan bij zijn voorganger). Voor het eerst gaat de Koreaanse autobouwer zijn sportieveling aanbieden met een zescilinderkrachtbron. Dat wordt de 2.7l Delta V6 met 24 kleppen. Goed voor 167pk bij 6.000t/min en 245Nm bij 4.000t/min. Verder werd de ophanging van alle types herzien om rol- en duikneigingen beter te controleren en werd het remsysteem krachtiger.
Afhankelijk van de gekozen krachtbron kan de Hyundai Coupé uitgerust worden met een handgeschakelde vijfbak, een nieuwe handgeschakelde zesbak of een viertrapsautomaat waarmee je ook zelf de schakelmomenten kan bepalen. De traagste variant spurt in 11,6sec naar 100 en heeft een top van 185km/u. De V6 met zesbak doet het spurtje naar 100 in 8,2 sec en haalt 220km/u.
De Coupé is in 3 uitrustingsniveau’s verkrijgbaar: Coupé, Coupé FX en Coupé FX’S’. De 1.6 is enkel als Coupé verkrijgbaar en kost € 16.999 (685.573 BEF). De 2-liter is te krijgen als Coupe FX voor € 19.999 (806.757 BEF) en Coupé FX’S’ voor € 22.499 (907.607 BEF). De zescilinder geniet altijd van het hoogste afwerkingsniveau en kost € 25.999 (1.048.797 BEF).