Afgelopen jaar verkocht Volvo in Europa voor het eerst meer modellen met een dieselmotor dan met een benzinemotor. In ons land bedroeg het dieselaandeel zelfs 91%. Om de vraag naar meer vermogen te beantwoorden herschikken de Zweden nu hun gamma. Daarbij wordt de klassieke 2.4D met 130pk vervangen door een vernieuwd exemplaar. Dat levert slecht 126pk, maar het koppel stijgt van 280 tot 300Nm. De tweede versie van de 2.4D heeft karakteristieken die vroeger aan de D5 waren voorbehouden; het vermogen bedraagt 164pk en het blok levert 340Nm trekkracht. De D5, in wezen hetzelfde vijfcilinderblok met een inhoud van 2.4l, heeft recht op een vernieuwde brandstofinjectie en een aangepaste sturingseenheid. Daardoor stijgt het vermogen naar 185pk en het koppel naar 400Nm. Al deze motoren beantwoorden aan de Euro IV-uitstootnormen en zijn uitgerust met een dieselpartikelfilter.
De instapper blijft gekoppeld aan de reeds gekende gangwissels. Voor de 163 en 185pk-uitvoeringen is er steeds een nieuwe manuele zesversnellingsbak voorzien. Vanaf eind dit jaar zullen die ook gekoppeld worden aan een nieuwe automaat. Die Geartronic-bak beschikt eveneens over zes overbrengingsverhoudingen en deed reeds zijn intrede in de XC90 V8. De krachtigste zelfontbrander is te vinden onder de kap van de S60, V70, XC70 en XC90. De 2.4D met 163 en 126pk wordt enkel in de S60 en V70 geïntroduceerd.
De productie van de nieuwe generatie dieselmotoren gaat half mei van start in de motorenfabriek van Volvo Cars in Skövde in Zweden.