Uiterlijk heeft de GL weinig gemeen met de hoekige G-Klasse. De vormgeving vertoont veel overeenkomsten met de nieuwste M-klasse. Onderhuids is de reus nauw verwant aan de M- en R-Klasse. De G zal in de lengte nog 30cm meer meten dan de toch al niet kleine M. Die ruimte wordt gebruikt voor een derde zetelrij, waardoor de nieuweling plaats zal bieden aan niet minder dan zeven inzittenden. Als vanzelfsprekend kunnen die extra zitplaatsen in de koffervloer duiken om het koffervolume te maximaliseren.
Met de aandrijflijn kunnen we al kennismaken in de ML. Wellicht kiest de G steeds voor wat Mercedes bij de kleinere telg aanbiedt in het off-road-pakket; een degelijke mechanische oplossing -eerder dan een elektronisch systeem- om vooral de uithouding op terrein te kunnen garanderen. Een sper op de vooras is er niet meer. Dat tussen motor en integraalaandrijving de zeventrapsautomaat van de constructeur te vinden zal zijn, staat eveneens als een paal boven water. De adaptieve ophanging krikt de bodemvrijheid desgewenst op tot een dertigtal centimeter.
Het compartiment onder de imposante motorkap wordt opgevuld met krachtbronnen die tussen 224 en 314pk sterk worden. Naast de zescilinder en de vijfliter V8, en de zescilinder diesel uit de ML, is er ook sprake van een achtcilinder dieselmotor uit de E- en S-Klasse. De meest exclusieve telg wordt de GL 63 AMG.