De Compass kreeg het typische radiatorrooster met zeven sleuven van het merk, de ronde koplampen en de trapeziumvormige wielkasten. Het model onderscheidt zich van de tradioneel gelijnde Jeeps door z’n sterk hellende voorruit, expressieve motorkap en diep dashboard. De afmetingen zijn naar Amerikaanse normen bescheiden; de Compass wordt 4,40m lang, 1,76m breed en 1,63m hoog.
Onder de kap vinden we standaard een 2,4l grote benzinemotor met 170pk. Een motor die ook in de gloednieuwe Dodge Nitro beschikbaar is en dat is geen toeval. Beide modellen delen nogal wat componenten en ontstaan in dezelfde productievestiging (de onlangs opgeknapte assemblagefabriek van Belvidere, Illinois). Naast de handgeroerde vijfbak rust Jeep het model uit met een CVT-automaat. In Europa komt er ook een dieselmotor met een slagvolume van 2 liter en 150pk vermogensopbrengst.
De kracht wordt permanent maar variabel naar de vier wielen verstuurd. Om de terreintolerantie wat te vergroten kan de verdeling tussen voor- en achteras elektronisch geblokkeerd worden. Jeep claimt voor het kleintje behoorlijke terreineigenschappen; een oprijhoek van 21,1 graden, afrijhoek van 32 graden en overschrijdingshoek van 21 graden. De productie start in het tweede kwartaal van dit jaar. Na de zomer maakt het model de oversteek naar het Oude Continent.