PSA geeft voor de testexemplaren een gebruiksgemiddelde van slechts 3,4l diesel per 100km op. De CO2-emissies dalen over de gemengde cyclus tot 90 gram per kilometer. Dat is een record in het populaire segment van de middenklassers. De Fransen claimen dat een vergelijkbare hybride met benzinemotor minstens één liter (of meer dan 25% extra) nodig heeft.
De testmodellen zijn voorzien van een partikelfilter en het reeds verkrijgbare Stop&Start-systeem (dat de motor automatisch stillegt bij stilstand en weer opstart als de bestuurder wil vertrekken). Het systeem omvat ook een alternator die een deel van de vertragingsenergie recupereert en opslaat in de batterijen. De transmissie wordt verzekerd door een gerobotiseerde versnellingsbak. Afhankelijk van de status van de batterijen kunnen de C4 en 307 die met deze technologie zijn uitgerust, tot een snelheid van 50km/u enkel door de elektromotor worden voortbewogen. In dat geval is de uitstoot onbestaande. Beide prototypes beschikken ook over een ‘fluistermodus’, een stand die zoveel mogelijk beroep doet op de (zo goed als onhoorbare) elektromotor. Geknipt voor wie bij nacht en ontij de rust van de buren wil garanderen. Ook aan hogere snelheden biedt de elektromotor voordelen. Ze leveren immers tot 35% meer trekkracht voor tussenacceleraties.
PSA Peugeot Citroën claimt de technologie vanaf 2010 op de markt te kunnen brengen. Of dat ook zal gebeuren, is nog niet zeker. Aan de technologie hangt immers een prijskaartje dat op dit ogenblik niet door de verbruikswinst gecompenseerd kan worden. De beide Franse merken mikken op schaalvoordelen en efficiëntere productiemethodes om de prijs naar beneden te krijgen.