Een nieuw Chinees automerk dat z’n Europese ambities verkondigt, dat is tegenwoordig bijna wekelijkse prik. Forthing, Ora, Wey, Zeekr, Avatr, Xpeng, Hongqi, Polestar, Lynk&Co, BYD, Omoda, Jaecoo, Maxus, MG, Leapmotor (via Stellantis) … Het is een schier eindeloze lijst. Maar zelfs als de Chinezen slagen in hun opzet om de Europese autobouwers te decimeren, dan is één zaak alvast duidelijk - er is in Europa helemaal geen ruimte op de markt voor al die Chinese automerken. Zelfs niet als ze, zoals steeds vaker voorvalt, zich niet beperken tot elektrische auto’s.
Great Wall krijgt geen voet aan grond
Het Chinese Great Wall Motors was geen uitzondering. Met automerk Ora zou het Europa veroveren. Ten laatste tegen 2030 zou het elk jaar méér dan 1 miljoen auto’s exporteren. Maar het merk is een teleurstelling. In 2023 bracht Great Wall buiten China weliswaar meer dan 300.000 auto’s aan de man, maar amper 6.300 daarvan eindigden in de handen van een Europese klant. De ambities worden daarom opgeborgen. Great Wall voegde z’n merken Ora en Wey al samen tot één bedrijf in Europa en nu gaat het hoofdkwartier in München dicht. Daar sneuvelen deze zomer 100 banen.
Plannen om Ora en Wey te introduceren in Spanje, Italië, Portugal, België, Luxemburg, Nederland, Oostenrijk, Zwitserland, Denemarken, Ijsland en Bulgarije zijn nu geschrapt. Waar het merk wél al actief was - dat zijn Duitsland, Engeland, Ierland en Zweden - zal het merk ‘zijn verplichtingen nakomen’.
Wat als je er al één kocht?
De beslissing van Great Wall werpt het voetlicht op één groot risico voor klanten die zich laten verleiden door zo’n nieuwe Chinese auto: als zo’n merk vertrekt, heb je maar weinig verhaal. Bovendien blijf je zitten met een bijna onverkoopbare auto. Want wie wil een Chinese occasie van een merk dat eigenlijk al de benen nam?