De T-Cross is de kleinste crossover uit het VW-aanbod. Dat hij de rol van instapper vervulde, kon hij niet onder stoelen of banken steken. Hij kreeg vooral kritiek op de materiaalkeuze binnenin. Hij was immers - zoals elke VW - niet goedkoop. Vier jaar later wil een facelift de kritiek doen verstommen.
Nieuw interieur met degelijke materialen
De grootste verschillen vinden we dan ook binnenin. Het dashboard is helemaal nieuw. Het harde, krasgevoelige plastic is verdwenen. Er zijn nu ‘fors betere’ materialen te vinden die zachter aanvoelen. En er is meer technologie - met een infotainmentscherm dat nu tot 9,2” groot is, naast een digitaal instrumentarium dat afhankelijk van de versie 8 of 10” groot is. Dat betekent ook dat er wat fysieke knoppen verdwenen. Die voor de verluchting en klimaatregeling bijvoorbeeld. Dat zijn nu aanraakgevoelige vlakken, net als in alle andere recente VW’s. Er kwam al veel kritiek op, maar het is goedkoper dus Volkswagen zet door. De verschuifbare achterbank, waardoor je naar keuze tussen 385 en 455 liter koffervolume hebt, blijft van de partij.
De uiterlijke aanpassingen volgen een traditioneel facelit-recept. Een bredere grille, andere kop- en staartlichten en andere bumpers zijn daarvan de hoofdingrediënten. Ze moeten ervoor zorgen dat de T-Cross er wat breder en volwassener uitziet.
Geen diesels
Naar hedendaagse normen is de T-Cross met best grote motoren verkrijgbaar. De obligate éénliter met 95 of 115pk wordt immers aangevuld met een 1.5 TSI viercilinder met 150pk. De diesel is ook hier uitgestorven. Het vermogen wordt altijd naar de voorwielen gestuurd via een handgeschakelde vijf- of zesbak of een DSG-automaat met zeven verzetten, afhankelijk van de motorkeuze.
De vernieuwde T-Cross begin 2024 op de markt.