Onder de talloze autosportevenementen zijn er toch altijd een paar die wat meer tot de verbeelding spreken dan andere. De heuvelklim van Pikes Peak, een berg van de Rocky Mountains in de Amerikaanse staat Colorado, hoort daarbij. Al sinds 1916 racen auto’s daar naar de top. Slechts een handvol keren kon dat jaarlijkse feest niet doorgaan. Dit jaar vindt de 101ste editie plaats.
Dat die 156 bochten tellende heuvelklim naar de 4301 meter hoge top ook bij nieuwe generaties tot de verbeelding blijft spreken mag hieruit blijken: deze editie wordt onder meer gesponsord door het populaire racegame Gran Turismo.
Pikes Peak en Europese automerken
Hoewel het afgelegen Colorado voor Europese merken een ver-van-mijn-bed-show lijkt, blijkt het tegengestelde waar. Europese autoconstructeurs laten zich er graag gelden. Onder meer Audi, Volkswagen en Peugeot zetten er in verleden al legendarische prestaties neer. En dit jaar zakt Alpine af naar Colorado. Naar het absolute record wordt er niet gestreefd - dat is weggelegd voor pk-monsters met vierwielaandrijving. Maar Alpine ruikt vast één of andere primeur. Die heuvelklim gaat ook steeds sneller, wat niet alleen met de auto's te maken heeft. Aanvankelijk was een groot deel van de piste nog onverhard, maar naar mate de jaren verstreken werden steeds grotere stukken geasfalteerd en (her)aangelegd. Inmiddels kan de volledige weg naar de top over een zwart lint gereden worden.
Meer vermogen voor meer hoogte
De A110 wordt aangepast, maar er verandert eigenlijk niet zoveel aan de structuur. Hij heeft een uitgesproken aerodynamische kit, maar hij behoudt z’n 1.8l turbomotor en achterwielaandrijving. Er is wel een aanpassing - de kleine viercilinder is voor de gelegenheid opgekitteld tot 500pk. Dat is trouwens geen overbodige luxe. Algemeen wordt aangenomen dat een motor per 100m hoogteverschil boven de zeespiegel ongeveer een procent van z’n kracht kwijtspeelt.