Aan de binnenkant is het een ander verhaal, maar van aan de buitenkant zal je verdraaid goed moeten kijken om de opgefriste BMW 3-Reeks te herkennen.
De ‘Dreier’ is een traditionele hoeksteen van het BMW-aanbod. Een topper in heel wat leasingportefeuilles en dus een model waar je liefst niet al teveel mee solt. En hoewel hij de jongste generaties steevast een wat Aziatische nasmaak kreeg (China is per slot van rekening de grootste wereldmarkt), bleef hij traditioneel. Bij BMW wil dat tegenwoordig zeggen: zonder absurd grote grille. En kijk, dat blijft allemaal zoals het was. Alleen de koplampen krijgen een vereenvoudigd design, waardoor ze misschien nog wat van het al aangelengde karakter (wie heeft heimwee naar de fameuze ‘angel eyes’?) prijsgeven. Verder: andere bumpers met meer hoekige componenten, want dat benadrukt zogezegd sportiviteit, wat meer glanzend zwart plastic (zelfde reden) en… niks opzienbarends. Geen snoet zoals de M3 of M4. Het is alsof er een collectieve zucht van opluchting te horen is.
Groot gebogen scherm
Aan de binnenkant kunnen we natuurlijk gaan doen alsof satijnaluminiumkleurige afwerking plots revolutionair is, maar dat is natuurlijk allemaal niet zo. Wat andere sierlijsten en een ander kleurbad voor het leder (waaronder ook veel namaak), is niet nieuwswaardig. Wat dat wel is: de nieuwe iDrive, BMW’s besturingssysteem. Gemaakt om te bedienen door met je vingers aan het scherm te zitten, maar hier net als in de nieuwe 7-Serie weer gecombineerd met een fysieke draaiknop. Terug van weggeweest. Die moet wat ergonomische tekortkomingen van de nieuwe opstelling met een gigantisch gebogen scherm opvangen. Dat is opgemaakt uit een 12,3” informatiecluster en een 14,3” centraal scherm. Er zijn trouwens nog modellen waarin die opstelling voor het nieuwe modeljaar wordt ingevoerd.
Op motorisch vlak blijft alles grotendeels bij het oude.