Het kamp dat zich kritisch opstelt ten aanzien van de verplichte elektrificatie van auto’s in Europa, leed afgelopen week een nederlaag. Duitsland, dat zich tot op heden terughoudend opstelde, schaart zich achter het controversiële plan van Europa. Dat wil tegen 2035 de verkoop van alle nieuwe auto’s met een brandstofmotor verbieden.
Nog geen wetenschappelijke concensus over milieubaten elektrische auto
De Duitse regering schaarde zich bij monde van EU-commissaris Steffi Lemke (Grüne) achter de doelstelling om tegen 2035 alleen nog e-auto’s in Europa toe te staan. Een tegenslag voor wie z’n mobiliteit best handig vindt met een conventioneel aangedreven auto. Maar ook voor de kritische stemmen die liever eerst een wetenschappelijke consensus zien over de milieu- of klimaatbaten van elektrische auto’s of wie eerst wil zien of Europa wel voldoende stroom kan opwekken. Beiden zijn verre van uitgemaakt.
Ze kunnen niet allebei gelijk hebben
“Beide landen maken dus met precies dezelfde argumenten een tegengestelde beslissing”Twee Europese landjes vinden overigens dat die doelstelling van Europa nog niet ver genoeg gaat. Nederland en - inderdaad - België willen de conventioneel aangedreven auto al uit de showrooms bannen vanaf 2030. Maar ook daar rijmt de politiek moeilijk met de feiten. Nederland heeft vandaag de dag niet zo’n propere energiemix, waardoor de klimaatbaten van een elektrische auto er relatief beperkt zijn. Nieuwe kerncentrales moeten dat oplossen. België, dat een eerder schone energiemix heeft, zal straks stroom produceren met een hogere CO2-waarde per kilowattuur, omdat het - hoofdzakelijk onder druk van (alweer) Groen - zo veel mogelijk kerncentrales wil sluiten. Beide landen maken dus met precies dezelfde argumenten een tegengestelde beslissing.
Alléén interesse in elektrische auto, niet in alternatieven
De actie van de Duitse Groene EU-commissaris maakt ook duidelijk dat Europa op beleidsniveau geen enkele interesse heeft in het onderzoeken van alternatieven voor vervuilende olie-gebaseerde brandstoffen die nochtans het potentieel hebben om met minimale investeringen de uitstoot van het wagenpark - bestaand of toekomstig - te verschonen. Het politieke bestel maakt hier duidelijk: de elektrische auto is het énige wat zal mogen.
En toch… de kogel is nog altijd niet door de kerk. Italië liet eerder al een opening, Tsjechië verzet zich openlijk in niet mis te verstane termen en dan is er nog de vraag of Zuid-Europa niet teveel zal leiden onder een elektrificatie. In het rijke Noord-Westen lijkt de prijs van een elektrische auto (die nog steeds niet daalt) voor velen nog net verteerbaar, maar auto’s die in grote delen van Griekenland, Italië, Portugal en Spanje worden verkocht zijn vaak een pak goedkoper. Of de regeringen daar bereid zijn hun bevolking mobiliteit grotendeels te ontzeggen, zou wel eens groot politiek gevaar voor de beleidsmakers aldaar kunnen inhouden.