De crisis in Oekraïne laat zich intussen al voelen in de auto-industrie. Bedrijven die werken met toeleveranciers uit het land - dat blijken vooral Duitse constructeurs te zijn - moeten nu al de productie onderbreken. En dat zou pas het begin van een grotere problematiek kunnen zijn. Zowel Rusland en de Oekraïne zijn immers strategische producenten van enkele materialen die voor de bouw van een hedendaagse auto cruciaal zijn.
Chiptekort straks nog erger?
Probleem nummer één is neon. Het gas. Dat wordt niet gebruikt in auto’s, maar wel in de chipindustrie. Precies: die chips waar de autosector al een tekort aan heeft. Neon, trouwens lang niet het meest ecologische gas, speelt een cruciale rol in de productie van elektronica, chips en microprocessoren waar de hoogtechnologische auto’s van vandaag vol van zitten. En laat nu 70% van al het Neon in de wereld afkomstig zijn uit de Oekraïne. Het al nijpende chiptekort, waar dit jaar nauwelijks beterschap voor werd verwacht, zou zo nog verder kunnen escaleren. De industrie zag de bui wel hangen en legde voorraden aan. De eerste maand zouden daardoor geen problemen ontstaan, maar daarna wordt de situatie kritischer. Er wordt ook naarstig gezocht naar alternatieve toeleveranciers.
Verschillende staalsoorten duurder door Rusland
Rusland zelf is dan weer een grote leverancier van palladium. Eén derde van alle wereldproductie komt uit dat land. Dat materiaal is cruciaal voor de productie van katalysatoren die de uitstoot van moderne auto’s zuiveren. Een tekort lijkt onwaarschijnlijk, maar de prijs zou fors kunnen stijgen, zoals dat ook voor de kosten voor aluminium en nikkel reeds het geval is.