In 2019 voerde de overheid een periodieke keuring in voor oldtimers. Auto’s die ouder zijn dan 30 jaar en jonger dan 50 jaar moeten om de twee jaar naar de autokeuring. Auto’s die meer dan een halve eeuw oud zijn, moeten er elke 5 jaar op controle. Meer details over de oldtimerkeuring vind je hier.

88% van de aangeboden oldtimers geraakt door autokeuring

Uit cijfers van Vlaams minister van Mobiliteit Lydia Peeters blijkt dat ruwweg één oldtimer op drie niet komt opdagen voor de autokeuring. In 2020 werden door de onafhankelijke keuringsinstanties 87.210 uitnodigingen voor een periodieke oldtimerkeuring verstuurd, maar slechts 57.408 voertuigen of 66% daarvan kwam opdagen. 88 procent van de oldtimers die aangeboden worden, geraakt door de keuring.

Minister Peeters meent dat het lage percentage te maken heeft met schrik, nummerplaten die niet binnengestuurd werden en lang aanslepende restauraties.

"regeling is wereldvreemd" zegt belangenorganisatie

Belangenorganisatie Red De Oldtimer nuanceert de cijfers. “We hebben van meet af aan gezegd dat de regeling voor de oldtimerkeuring aantoonde dat de overheid wereldvreemd was en weinig besef toonde van hoe een oldtimerliefhebber z’n auto gebruikt. Heel wat eigenaars rijden niet in de winter of bij slecht weer. Ook niet naar een autokeuring. De gretigheid waarmee keuringsinstanties toeslagen voor laattijdige keuring aanrekenen, zonder dat er meer werk bij komt kijken, vinden we dan ook misplaatst.”

“De timing voor een herkeuring bij de meeste oldtimers onrealistisch” zegt RDO. “Je kan ze niet naar een garage brengen en verwachten dat hij een paar dagen later hersteld is, zoals bij een recente auto. De zoektocht naar onderdelen kan al een hele tijd in beslag nemen. Het getuigt ook van weinig realiteitsbesef dat auto’s die te laat worden aangeboden, bijvoorbeeld omwille van een lang aanslepende restauratie, geen nieuwe referentiedatum krijgen. Duurde het restauratieproject een jaar te lang, dan moet de oldtimer meteen het jaar erop al opnieuw naar de keuring in plaats van twee jaar later. Oldtimers die steeds in de winter worden opgeroepen, blijven ook aan die datum vastzitten en hun eigenaars lopen dus elke keer de toeslag voor laattijdige keuring op.”