Het gebeurt maar weinig dat wildvreemden in het verkeer even de hand opsteken naar elkaar. Het gebeurt onder motorrijders. Soms zie je het tussen bestuurders van oldtimers. Vooral wanneer ze met hetzelfde merk of type rijden. En het is traditie onder de bestuurders van Land Rover Defenders. Of om precies te zijn… de bestuurders van de oude Defenders. Even de hand opsteken lijkt niet te aan de orde te zijn bij wie met de nieuwste evolutie met de Defender rijdt. En evenmin tussen bestuurders van een ouder exemplaar en wie achter het stuur zit van een nieuwe. Dat is niet naar de zin van Land Rover. Dat wil de sfeer die rond de Defender hangt, al te graag overhevelen naar de nieuwe editie.
Verschilt de nieuwe Defender teveel van de oude?
De drastische evolutie van de jongste Defender valt niet bij alle bestuurders van de klassieke exemplaren in de smaak. Op technisch vlak leunt de Defender zoals die nu in de catalogus staat nauw aan bij een Discovery. Hij beschikt over een zelfdragend koetswerk, een automaat, de computer helpt bij het terreinploeteren en de luchtophanging regelt de bodemvrijheid. De ontwerpfilosofie van het nieuwe exemplaar is dan ook compleet anders dan voorheen. Tegelijk is het stilistische verwantschap met vroegere Defendermodellen beperkt.
Land Rover wil geloofwaardigheid nieuwe Defender ondersteunen
Land Rover lijkt in de smiezen te hebben dat er spontaan maar weinig blijken van sympathie worden uitgewisseld tussen beide groepen eigenaars en zet daarom een campagne op die ervoor moet zorgen dat er ook gezwaaid wordt naar bestuurders met een nieuwe Defender. Er is zelfs een slogan: “we are family, say hello”. Op een campagnepagina doet de fabrikant er intussen alles aan om de Defender net zo stoer voor te stellen als z’n voorganger. Het merk onderlijnt er dat de nieuwe “op veel vlakken zelfs avontuurlijker is dan het origineel”.