De Nissan GT-R staat bij ons al in de catalogus sinds 2008. Het is een oudje. Al die tijd vond het Japanse bedrijf het niet echt nodig om de sportwagen radicaal onder handen te nemen. Het opteerde voor een strategie van haast permanente evolutie. De aanpassingen van de software, het motorvermogen en het onderstel zijn niet meer op één hand te tellen. Intussen was de GT-R-lijn, die bij dit merk het dichtst in de buurt komt van wat je als legendarisch zou kunnen omschrijven, ook al vijftig jaar oud. En daar hadden de stijlkunstenaars bij Italdesign wel een idee over.
Japanse sportauto van een miljoen
In 2018 werd de GT-R 50 by Italdesign voorgesteld. De ingewanden van de vaak voor z’n prestaties bejubelde Japanner, maar met een buiten- en binnenaankleding die in tegenstelling tot het origineel wat meer op jubel kan rekenen. Eén probleem: de aanpassing was nogal prijzig. Het resultaat is een keer of acht zo duur als de GT-R Nismo die als basis wordt gebruikt. Aan z’n geblazen 3,8l V6 met 720pk en 780Nm, verandert niets.
Net geen miljoen euro kost hij. Exclusiviteit zal hij ter compensatie bieden: er worden er ook maar vijftig van gebouwd.
Nu nog bouwen
Italdesign had nog meer dan een jaar werk om de concept om te timmeren tot een homologeerbare versie. Daar worden nu de eerste plaatjes van getoond. Volgend jaar in maart, op het Autosalon van Genève, willen beide partners de eerste klantenversie klaar hebben. Leveringen zullen wellicht lopen van eind 2020 tot een jaar later.