Momenteel kent ons land twee lage-emissiezones: die in Antwerpen en Brussel. Twee zones die nota bene verschillende criteria hanteren. Vanaf 1 januari komt daar een LEZ in Gent bij. Maar er zijn nog meer Vlaamse steden en gemeenten die zo’n lage-emissiezone overwegen. Dat blijkt uit een rondvraag van VAB bij de steden en gemeenten met meer dan 30.000 inwoners.
Meer LEZ in de toekomst
Uit de antwoorden die VAB binnenkreeg, bleek dat naast de drie hierboven vermelde steden, nog eens 16 steden en gemeenten in Vlaanderen in de toekomst een lage-emissiezone overwegen. Maar, zo stelt de VAB, “ze hebben nog geen concreet plan”. De betrokken overheden verklaren te hopen op een verbeterde luchtkwaliteit (92%) en een lagere verkeersdruk (52%). Wat minder open wordt er gecommuniceerd over de investeringen die daarvoor noodzakelijk zijn. Slechts 42% geeft toe dat ze rekenen op inkomsten via boetes en vergunningen. De bestaande LEZ in Antwerpen is alvast een goede bron van inkomsten gebleken. Ze heeft al de stadskas al meer dan 25 miljoen euro opgeleverd. Op 1 januari slaan de tarieven er zelfs nog eens op.
Deze steden overwegen een lage-emissiezone
Een lage-emissiezone staat volgens VAB op de verlanglijst bij de gemeentes Aalst, Boom, Diepenbeek, Halle, Hasselt, Kortrijk, Kraainem, Leuven, Maasmechelen, Mechelen, Mortsel, Oostende, Riemst, Sint-Truiden, Vilvoorde en Willebroek. Voorlopig is nog niet duidelijk of die steden aan gelijkaardige of afwijkende toelatingsvoorwaarden nadenken. De Vlaamse overheid gaf het plaatselijke bestuur de autonomie om de voorwaarden bij invoering zelf te bepalen, wat nu al - door verschillen tussen Brussel en Antwerpen, tot onduidelijkheid leidt.