Het Brusselse Klimaatplan, dat zopas door de Brusselse regering is goedgekeurd, verbiedt diesels vanaf 2030 en benzine- en LPG-wagens ten laatste in 2035.
Lage Emissiezone (LEZ) fors strenger
Het plan omvat een aantal aanpassingen aan de lage-emissiezone. Zo worden de toelatingsvoorwaarden, die momenteel voornamelijk dieselswagens viseren en binnenkort ook voor benzinewagen verstrengen. Uit onderzoek is al gebleken dat sommige dieselwagens die vanaf 1 januari 2020 worden verboden vele malen minder vervuilend zijn dan benzinewagens die straks nog wel binnen mogen. Maar uiterlijk vanaf 2035 zal binnen de Vijfhoek van de huidige lage-emissiezone geen enkele wagen met een verbrandingsmotor - ongeacht de brandstof - nog toegelaten zijn. De beoogde uitstootnormen zouden plug-in-hybrides nog ontzien. Voorlopig, tenminste.
Ook tweewielers kijken tegen verbod aan
Vanaf 2022 zullen ook tweewielers geviseerd worden. Vervuilende brommers en motorfietsen ontsnappen vandaag aan de dans, omwille van ‘operationele redenen’. Lees: de overheid kan ze technisch gezien niet controleren. Over uiterlijk drie jaar moet dat wel het geval zijn en zullen de meest vervuilende exemplaren er hun biezen moeten pakken. Die maatregel kan niet als een verrassing komen. De afgelopen jaren breidde de overheid immers de verplichting om nummerplaten te dragen uit voor meer gemotoriseerde tweewielers - duidelijk met de bedoeling om het toekomstige gebruik te beteugelen.
Investeringen in laadinfrastructuur blijven achter
Vakorganisatie Febiac verwijt de Brusselse overheid in elk geval een “aankondigingspolitiek”. De koepelorganisatie oordeelt dat het plan “onmogelijk haalbaar” is. En het merk op dat de verantwoordelijk louter bij burgers en bedrijven wordt gelegd. Het Brusselse gewest heeft nu reeds een gigantische achterstand in de uitrol van onmisbare laadinfrastructuur en extra middelen om de achterstand weg te werken, zijn niet opgenomen. Sterker nog - het plan maakt geen enkele budgettaire inschattingen voor eventuele aanpassingen. Er wordt louter aangehaald dat er overlegd zal worden met de ‘stakeholders’.
Onzinnige maatregel
“Economisch en ecologisch onproductief", noemt Febiac het. Tussen de regels door valt te lezen dat de Brusselse overheid ondoordacht en zonder enige kennis van zaken handelt. De Brusselse regering gaat geheel voorbij aan “het feit dat ook verbrandingsmotoren met hernieuwbare of synthetische brandstoffen een belangrijke, haalbare én betaalbare bijdrage kunnen leveren in het verder schoner maken van onze omgevingslucht en het verminderen van de CO2-uitstoot”.
Wie spreekt voor de automobilist?
De koepelorganisatie is zelf ook niet helemaal vrij van hypocrisie. Ze vertegenwoordigt immers de auto-invoerders in ons land en spreekt niet voor de automobilist. Zo heeft ze weinig of niets tegen eerdere maatregelen die het gebruik en de waarde van eerder zonder restricties aangekochte voertuigen plots beperken. Die verplichten de consument om nieuwe auto’s aan te kopen, wat z’n leden ten goede komt. Nu haalt het hard uit, omdat het gros van de autoconstructeurs de komende jaren hoofdzakelijk auto’s met een verbrandingsmotor in de catalogus zullen hebben en het negatieve gevolgen vreest omwille van de huidige politiek.
Voor de consument onderlijnt de maatregel eens te meer dat overheden zich een onbetrouwbare partner tonen. In ons land wordt die situatie versterkt door de versnippering van de verantwoordelijkheden.