Elk jaar kiest een jury van professionele journalisten uit de nieuwe modellen één ‘Auto van het Jaar’. Een model dat, zo zou je denken, tot grootsheid is voorbestemd. De winnaar mag de titel één jaar lang dragen. Volgens mensen die het kunnen weten is het de meest waardevolle onderscheiding uit de sector. Er wordt dan ook steevast reikhalzend naar de winnaars uitgekeken.
Het scheelde geen haar
Vaak winnen innovatieve productiemodellen, maar doorheen de geschiedenis koos de nogal beïnvloedbaar geachte jury ook wel eens een complete miskleun. Of een model dat voor heel wat mensen onbereikbaar is, omdat het technologisch een grote stap vooruit maakte. Zo won afgelopen jaar de Jaguar I-Pace, ondanks een niet echt democratisch prijskaartje. De Renault Alpine moest toen de duimen leggen en genoegen nemen met de tweede plaats. Een prettig sturende puristische rijmachine won het bijna van een dure EV. Het scheelde geen haar.
In 2018 won de Volvo XC40 de trofee. In de jaren ervoor was het respectievelijk de beurt aan de Peugeot 3008, Opel Astra, VW Passat en Peugeot 308.
Eerste schifting
Elk van de 35 modellen hieronder maakt kans. Begin november voert de jury echter al een eerste schifting door, om tenslotte in maart vanop het Autosalon van Genève de eindwinnaar bekend te maken.
Audi E-Tron
BMW 1-Series
BMW Z4
BMW X6
BMW X7
DS3 Crossback
Ferrari F8 Tributo
Ford Puma
Kia e-Soul
Mazda3
Mazda CX-30
Mercedes-Benz CLA
Mercedes-Benz EQC
Mercedes-Benz GLB
Mercedes-Benz GLS
Nissan Juke
Opel Corsa
Peugeot 208
Porsche 911
Porsche Taycan
Range Rover Evoque
Renault Captur
Renault Clio
Renault Zoe
Skoda Kamiq
Skoda Scala
SsangYong Korando
Subaru Forester
Tesla Model 3
Toyota Camry
Toyota Corolla
Toyota RAV4
Toyota GR Supra
Volkswagen Golf
Volkswagen T-Cross