De nieuwe Land Rover Defender hebben we nu wel gezien. Een auto waarbij de fabrikant duidelijk koos voor een radicale modernisering. En er werd ogenschijnlijk beslist om de meest radicale Defender-adepten uit de klantengroep te gooien - of dat nu om terreinliefhebbers of beroepsmatige gebruikers zijn. Zelfdragend koetswerk, geheel onafhankelijke ophanging, geen pickups… Het is allemaal koren op de molen van chemiegigant Ineos. Dat bedrijf, dat straks in de Antwerpse haven bijna 2 miljard investeert in een uitbreiding van z’n site, werkt ook aan een op de Defender geïnspireerde auto.
Grenadier
Ineos Automotive zal de auto, die in tegenstelling tot Land Rover’s nieuwe Defender een veel klassiekere structuur zal behouden, bouwen in Bridgend in Zuid-Wales. De fabriek daarvoor is in aanbouw. Daar zal vanaf 2021 zo’n 500 man terreinwagens assembleren. Het chassis en het koetswerk zal afkomstig zijn van een fabriek bij Estarreja, in Portugal. Onder de kap komen benzine- en dieselmotoren van BMW. De naam Grenadier, die reeds voorlopig op het concept hing, zal ook op de definitieve productieversie kleven.
Dirk Heilmann, de topman van Ineos Automotive, gaf toe dat het project inmiddels vertraging opliep, maar dat ontwerp- en ontwikkelingswerk wel gestaag vordert. Het bedrijf belooft de komende maanden meer informatie over de franjeloze terreinwagen. Ineos wil die in Australië, Amerika, Afrika en Europa op de markt brengen.