Alle nieuwe auto’s die vanaf 2022 op de markt komen, moeten verplicht uitgerust worden met een reeks geavanceerde veiligheidssystemen. Daarover bereikte het Europese Parlement vandaag een akkoord met de lidstaten. Het doel: tegen 2035 niet minder dan 25.000 mensenlevens redden en 140.000 gewonden uitsparen.
Volgens de Europese Adviesraad voor Transportveiligheid (ETCS) zijn ruim negentig procent van de ongevallen te wijten aan een menselijke fout. Een nieuwe reeks veiligheidssnufjes moet daar wat aan doen.
Intelligente snelheidsbegrenzer, rijstrookhulp
Vanaf 2022 zal elke nieuwe auto (bestaande modellijnen zijn wellicht uitgezonderd) verplicht uitgerust moeten zijn met een aansluitpunt voor een alcoholslot, een rijstrookassistent, betere gordels en een intelligente snelheidsassistent. Hoe ingrijpend die systemen precies moeten zijn, is nog niet bekend. Zo is onduidelijk of ze nog uitschakelbaar mogen zijn en of het moet gaan om systemen die actief ingrijpen, dan wel de bestuurder alleen maar waarschuwen.
Camera’s en sensoren voor het achteruitrijden worden verplicht en er komt een waarschuwingssysteem dat slaperigheid en smartphonegebruik door de bestuurder opmerkt. Bovendien komt er in alle auto’s een zwarte doos, waar bij een ongeval gegevens van uitgelezen kunnen worden.
Heel wat van de extra veiligheidsverplichtingen gelden niet alleen voor personenwagens. Ook bestelwagens, vrachtwagens en bussen moeten ze krijgen. De grootste voertuigen moeten bovendien systemen krijgen die de dode hoek elimineren en, als het even kan, ook fietsers en voetgangers herkennen.
Elke nieuwe auto duurder
Door de nieuwe verplichting is onvermijdelijk dat nieuwe auto’s duurder worden, maar hoe veel de prijsstijging gemiddeld zal bedragen, is onduidelijk. De prijs van kleine auto’s zal in verhouding meer stijgen dan die van grotere modellen. Die hebben immers vandaag soms al enkele van die systemen standaard.